Rendac: van varkensbot tot porseleinen koffiekopje

Rendac staat bekend als de ophaler en verwerker van dode dieren. Het is een beeld dat klopt, maar onvolledig is, vindt Beerendonk, directeur Algemene Zaken bij Darling Ingredients International.

'Bij veel mensen, ook bij veehouders, blijft buiten beeld welke uiteenlopende producten Darling Ingredients produceert uit bijproducten van de vleesindustrie. Dat is alles wat niet als vlees of vleeswaren bij de consument op het bord komt.'

Bijproducten

Darling Ingredients heeft het weleens becijferd: van een rund wordt 60 procent verwerkt tot vers vlees en vleeswaren en dus blijft na de slacht 40 procent aan slachtafval over. Bij varkens is het verschil kleiner: 66 procent is bestemd voor de vleesconsumptie en de resterende 34 procent dierlijke bijproducten wordt gebruikt voor de productie van dierlijke ingrediënten.

Een van de gevleugelde uitspraken van Beerendonk is dat consumenten elke dag een product gebruiken waar een ingrediënt van Darling Ingredients in is verwerkt.

Diverse toepassingen

'De toepassingen zijn zeer divers: van farmacie en sportdrankjes tot diervoeding uit slachtafval en energie uit de verwerking van kadavers. Want bij kolencentrales, cementovens en biodieselfabrikanten worden het diermeel en dierlijk vet dat we uit dode dieren produceren, weer omgezet in biobrandstof.'

Onder de merknaam Rendac zorgt Darling Ingredients bovendien dat dierlijk restmateriaal, waaronder dode dieren, onschadelijk wordt gemaakt en juist volledig uit de voedselketen gaat.

Rendac is de enige partij in Nederland die dit mag doen (categorie 1 en 2 restmateriaal). 'Dat is een politieke keuze, waar ik overigens volledig achtersta', zegt de directeur. 'We lopen in de wereld voorop hoe we met destructie de keten van vleesproductie op een veilige manier sluiten.'

Glans op porselein

Beerendonk zet, op het hoofdkwartier in het Brabantse Son en Breugel, een koffiekopje op tafel. 'Wist je dat gecalcineerd beenderas een belangrijke glans brengt op porselein? Dat vermarkten we dus ook. We kijken steeds hoe we reststromen de hoogst mogelijke waarde in de keten kunnen geven. Daarbij steunen we op een uitgebreid onderzoeks- en ontwikkelprogramma.'

Voor het ophalen van dode dieren heeft Rendac een uitgekiend logistiek netwerk met drie containerwisselstations, twee overslagstations en meer dan zeventig gespecialiseerde trucks op de weg. Alle kadavers worden in de hoofdvestiging in Son verwerkt: 155.000 ton op jaarbasis.

Investeringen

Veehouders hebben samen met Rendac en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in een betere opslag en koeling van kadavers. 'Toch is de aanbieddiscipline wisselend', merkt de directeur op, die zijn betoog illustreert met een aantal praktijkfoto's.

'Wij nemen kadavers altijd mee. Als die in een verre staat van ontbinding verkeren, hebben we daarvoor een protocol en spreken we veehouders zo nodig daarop aan.'

Huiden verwijderen

Op het industriële complex naast het hoofdkantoor worden eerst de huiden van kadavers verwijderd. Die vinden na een behandeling hun weg naar de leerindustrie.

De rest van de kadavers wordt eerst in kleinere delen gebroken en gepasteuriseerd om de ontbinding te stoppen. Daarna wordt het dierlijk afval onder hoge druk en bij een temperatuur van 133 graden Celsius gesteriliseerd, totdat het volledig veilig verder kan worden verwerkt.

Door verdampen en scheiden kan Rendac twee producten terugwinnen: dierlijke eiwitten in de vorm van diermeel en dierlijk vet. 'De opbrengsten daarvan fluctueren, zoals de energiemarkten ook fluctueren', laat Beerendonk met overzichten van de prijsontwikkelingen zien.

Gelijk speelveld

Een ander obstakel is de Europese regelgeving, vooral de Verordening dierlijke bijproducten. Want in reactie op de BSE-crisis in de jaren negentig mogen processed animal proteins niet meer aan landbouwdieren worden vervoederd, terwijl dat in de rest van de wereld nog wel mag. Beerendonk: 'Daarom ben ik regelmatig in Brussel om te pleiten voor een gelijk speelveld.'

De directeur is positief gestemd over de toekomst van Darling Ingrediënt International. 'De vraag naar dierlijk eiwit zal wereldwijd toenemen en met de toenemende aandacht voor duurzaamheid komt er veel vraag naar onze grondstoffen, bijvoorbeeld als alternatief voor soja. We passen perfect in het toekomstige plaatje van kringlooplandbouw.'