Direct naar artikelinhoud
Zeven oplossingenTegen droogte

Wat kan er worden gedaan om te voorkomen dat Nederland droog komt te staan? Zeven oplossingen

Ondanks de regen van de afgelopen weken is de grondwaterstand in delen van Nederland na twee droge zomers nog steeds te laag. Hoe kun je voorkomen dat Nederland droog komt te staan?

Wat kan er worden gedaan om te voorkomen dat Nederland droog komt te staan? Zeven oplossingen
Beeld Eline van Strien

De waterhuishouding van Nederland is ingericht om rivier- en regenwater zo snel mogelijk weg te werken. Het moet gauw naar zee om wateroverlast te voorkomen en om landbouwgrond niet te drassig te laten worden. Sinds de oorlog zijn veel sloten gegraven en uitgediept, kronkelende beken rechtgetrokken, drainagesystemen aangelegd. ‘Soms bewust en vaak onbewust verlaagden we het grondwaterpeil in grote delen van Nederland’, zegt Roelof Stuurman, waterexpert bij Deltares. ‘Dat veroorzaakte bodemdaling, bracht schade toe aan natuur, landbouw en bebouwing.’

Na twee warme en overwegend droge zomers en een winter met onvoldoende neerslag zijn de grondwaterstanden op diverse plaatsen te laag. Ook al heeft het de afgelopen weken in de meeste regio's veel geregend, vooral op de hoge zandgronden in het oosten en zuiden van het land heerst nog steeds een watertekort.  De verwachting dat zich in de toekomst vaker perioden van droogte zullen voordoen onderstreept de noodzaak van een ander waterbeheer. Stuurman: ‘We hebben water genoeg, maar we moeten ons waterbeheer beter afstemmen op de huidige situatie en op toekomstige ontwikkelingen.’

Wat kan er worden gedaan en wat wordt er al gedaan om ervoor te zorgen dat Nederland niet droog komt te staan, maar ook niet kopje onder gaat?

Oplossing 1: houd water langer vast

De meeste regen valt in de winter. Om er later in het jaar ook nog profijt van te hebben, moet het langer worden vastgehouden. Dat kan onder meer door van rechte, gekanaliseerde stromen weer meanderende beken te maken. Het water is dan langer onderweg en heeft meer tijd om door te dringen in de bodem. Er worden al investeringen gedaan om de loop van beken te verlengen, zegt Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid van de Unie van Waterschappen. Voorbeeld is de Lunterse Beek in de Gelderse Vallei, die sinds enkele jaren weer door zijn oude bedding stroomt.

Een verhoging van de bodem van sloten zorgt ervoor dat water langzamer stroomt, wat bijdraagt aan een hoger grondwaterpeil. Door stuwen in sloten te plaatsen of te verhogen kan meer water worden tegengehouden. Waterschappen en agrariërs plaatsten afgelopen zomers skippyballen in duikers (verbindingsstukken tussen sloten) om water vast te houden en het meer tijd te geven in de bodem door te dringen. Schoonman: ‘Het zijn kleinschalige, maar effectieve maatregelen in de haarvaten van ons systeem.’

Het grondwaterpeil is normaal het hoogst in de eerste maanden van het jaar. Dat is ook de periode dat boeren liefst een laag niveau hebben om met hun zware landbouwmachines op het land te kunnen rijden. De drainage is erop ingesteld dat het water dan snel wegloopt. ‘Dat maakt je kwetsbaar voor droogte’, stelt Stuurman. ‘Boeren ontwateren in de natte tijd en klagen als het droog is. Bij droogte gaan ze beregenen met oppervlaktewater, dan komt er een verbod en gaan ze grondwater gebruiken. We moeten de grondwaterstanden hoger houden, zodat er ook later in het jaar meer water beschikbaar is voor de landbouw.’

Met zogenoemde onderwaterdrainage kan slootwater in droge perioden via geperforeerde buizen doordringen in de bodem en voorkomen dat het grondwaterpeil te veel daalt. Zo blijft de grond vochtig, worden veengebieden behoed voor afbraak en kan bodemdaling worden tegengegaan. Onderzoeken naar de effectiviteit van deze methode laten op lange termijn goede resultaten zien: het grondwaterpeil wordt wat hoger en bodemdaling wordt minder, maar in perioden van droogte kan de vraag naar water juist toenemen.

Oplossing 2: sla water op

Regen- en rivierwater dat beschikbaar komt in een natte tijd kan worden opgeslagen om het te bewaren voor drogere perioden. Opslag is mogelijk in meertjes, bassins, containers. Nadeel: bovengrondse opslag neemt veel ruimte in en water gaat verloren door verdamping. Bewaren kan ook ondergronds, in bodemlagen die water vasthouden, zogeheten aquifers. De beste locaties zijn plaatsen waar de grondwaterstand ver onder het maaiveld ligt, zoals in de duinen.

Ondergrondse berging beschermt water tegen vervuiling en verdamping. De methode wordt al toegepast in de glastuinbouw. Sommige tuinders in het Westland, die grondwater niet kunnen gebruiken omdat het zout is, vangen regenwater op en slaan het op in ‘zoetwaterbellen’ om er in de zomer hun gewassen mee te besproeien. Waterleidingbedrijven infiltreren water in de duinen om het te zuiveren en geschikt te maken voor consumptie. Water opslaan gebeurt ook in stedelijk gebied: bij het stadion van Sparta in Rotterdam wordt regenwater opgeslagen in een zandlaag. Het wordt opgepompt voor het besproeien van beplanting en de grasmat van de voetbalclub.

De grootste zoetwatervoorraad van Nederland is het IJsselmeer, dat vooral via de IJssel wordt gevoed door de Rijn. Het IJsselmeer voorziet Friesland, Groningen en Noord-Holland van zoet water – voor landbouw, industrie en drinkwatervoorraad. Als het waterpeil in het meer wordt verhoogd door de sluizen naar zee minder vaak te openen, ontstaat een enorme hoeveelheid extra zoet water. Dat gebeurt in de zomer, dan kan het waterpeil 10 centimeter hoger zijn. Vorige zomer voerden de rivieren echter zo weinig water aan en was de verdamping zo sterk dat het niveau maar net hoog genoeg was om water in te laten in Noord-Holland. Het water werd op sommige plekken te zout. In de schutsluizen bij Den Oever en Kornwerderzand en in het Amsterdam-Rijnkanaal werden bellenschermen – gordijnen van luchtbellen – geplaatst om de instroom van zout water tegen te houden.

Oplossing 3: breng rivierwater naar droge zandgronden

Water kan worden afgetapt en naar droge gebieden geleid die niet door rivieren van water worden voorzien. Nadeel: het moet vaak omhoog worden gebracht en dat vereist de aanleg van grootschalige en dure infrastructurele werken. Er zijn oude plannen om dit te doen voor de Veluwe. Het is bij plannen gebleven. Zandgronden in Oost- en Zuid-Brabant en Limburg worden al van water voorzien door water uit de Maas af te tappen en dat via kanalen te verdelen.

Oplossing 4: pas de landbouw aan 

Met slimmere irrigatie is minder water nodig om planten de benodigde hoeveelheid water te geven, zegt Gerard van der Linden, onderzoeker bij de Wageningen Universiteit. ‘Als water door buizen en druppelsystemen wordt aangevoerd, verdampt er minder en lekt er minder weg.’ Volgens Van der Linden kan de verdeling van water in Nederland beter. ‘Breng het water naar de boeren als hun gewassen dat het hardst nodig hebben. Elk gewas heeft een kritieke periode waarin het cruciaal is dat er voldoende water is.’

Bij de veredeling en de keuze van gewassen kan worden gezocht naar rassen en gewassen die beter bestand zijn tegen droogte en hogere temperaturen, zoals planten met diepere wortels. Rassen die door veredelaars bedoeld waren voor Zuid-Europa kunnen opschuiven naar het noorden. Met genetische manipulatie zou de droogteresistentie van gewassen kunnen worden bevorderd, maar dat mag niet in Europa. Ook planten die elders genetisch zijn ‘bewerkt’, mogen niet op Europese bodem worden geteeld.

Nederlandse boeren zijn gewend om met zwaar materieel op het land te werken. Daardoor is de bodem verdicht geraakt, zegt hydroloog Mirjam Hack van Wageningen Research. ‘Dat heeft tot gevolg dat de laag waarin planten kunnen wortelen dunner is dan je zou willen. Gewassen die minder diep wortelen hebben eerder last van droogte en water kan minder goed in de grond doordringen als die verdicht is. Gebruik van minder zware landbouwmachines en de teelt van gewassen met wortelsystemen die de verdichte lagen kunnen doorbreken zouden dat effect kunnen tegengaan.’

Wageningse wetenschappers doen al geruime tijd onderzoek naar de teelt van quinoa, een gezond en steeds populairder gewas, dat goed bestand is tegen droogte en zout. Die laatste eigenschap is vooral van belang voor de kustgebieden, waar verzilting van grondwater en bodem dreigt zodra er weinig zoet water is. Van der Linden: ‘Quinoa is gezond en verdient het meer gegeten te worden.’

Oplossing 5: verander samenstelling bossen

Op de Veluwe is in de 19de eeuw veel naaldbos aangelegd. Naaldbossen, die ook in de winter groen blijven en een dichter ‘bladoppervlak’ hebben, laten veel minder regenwater door dan bossen met loofbomen. Water blijft hangen aan de naaldjes en verdampt. Bovendien gebruiken naaldbomen meer water. ‘Als je naaldbossen vervangt door loofbos, struikgewas of heide wordt het grondwater veel meer aangevuld’, zegt Stuurman.

Bossen kunnen minder homogeen worden gemaakt. Als er meer soorten door elkaar worden geplant, dan sterft een bos niet helemaal als er droogte heerst of een ziekte uitbreekt. ‘Een divers bos is weerbaarder, heeft meer veerkracht’, zegt Van der Linden. Met slim bosbeheer kan veel worden bereikt. Laat bijvoorbeeld dood hout liggen en laat ondergroei staan – dit gaat de verdamping tegen.

Als het klimaat echt gaat veranderen zal de Nederlandse natuur anders worden en zullen sommige bossen minder goed groeien. Het is onvermijdelijk dat de ene boomsoort het beter zal doen dan de andere. Van der Linden: ‘Dan is de vraag hoeveel water je wilt gebruiken om de huidige situatie te behouden en of dat op termijn haalbaar is. Een golfveld in de tropen vereist permanente beregening. Hoever wil je gaan? Je kunt je dan misschien beter richten op een begeleide verandering dan je wanhopig vasthouden aan iets dat het toch niet gaat redden met het beschikbare water.’

Oplossing 6: gebruik gezuiverd rioolwater

Enorme hoeveelheden rioolwater worden nu via zuiveringsinstallaties afgevoerd naar rivieren en zee. Terwijl het kan worden hergebruikt in de landbouw en in de toekomst mogelijk als drinkwater, zegt Stuurman. ‘Als je het beter zuivert en je injecteert het in de grond, dan heb je extra grondwater dat je later opnieuw kunt winnen.’

Oplossing 7: gebruik minder drinkwater

Vergeleken met veel andere landen gebruikt de Nederlander weinig drinkwater: gemiddeld zo’n 130 liter per persoon per dag. Slechts een klein deel daarvan drinken we op. Veel water verdwijnt in de wc of met het sproeien van de tuin. Stuurman: ‘Er gaan elke dag tientallen liters de wc in. Waarom zouden we het toilet niet doortrekken met regenwater? In nieuwbouwprojecten kun je gescheiden systemen aanleggen waarbij regenwater wordt gebruikt.’

Na twee droge zomers is het neerslagtekort in Nederland niet zomaar opgelost. 

Drinkwaterbedrijven slaan alarm over de Maas.

De Veluwe snakt naar regenwater.