Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.

Economie

De visserman wordt niet gehoord

Visserij Tot hun woede mogen vissers sinds begin dit jaar hun bijvangst niet langer overboord zetten. Het verplicht aan land brengen kost de sector 25 miljoen euro. En de effecten? „Dat weet niemand.”

Foto Arjen Schreuder

Schipper Job Schot (53) is vertrokken uit Vlissingen en heeft een uurtje gevaren als hij besluit zijn netten neer te laten. „We gaan zetten!” roept hij vanaf de brug naar zijn zoon Job (29) en zijn kleinzoon Job (6). Schot, afkomstig van Tholen, vist doorgaans op schol en tong, maar vandaag en de komende weken is het vooral garnaal. Het schip, de Belgische Zeebrugge-201 met de naam Job Senior, ligt voor de kust van Walcheren. De zee is kalm. „Ideaal weer om te vissen”, zegt zoon Job, sinds tien jaar als visser werkzaam.

Foto Arjen Schreuder

Foto Arjen Schreuder

Vader Job bedient de netten op de brug met de lier, en vertelt ondertussen hoe mooi het vissersbestaan is, maar ook hoezeer dit leven wordt bedreigd door „Europese regeltjes” en non-gouvernementele organisaties zoals Greenpeace. „Die maakt ons het leven zuur.” Schot is voorzitter van een onlangs spontaan opgerichte actiegroep van vissers, Eendracht Maakt Kracht, een man of tweehonderd die schoon genoeg zeggen te hebben van de inbreuken op het vrije leven op zee. Schot: „Waar ik spijt van heb in mijn leven, is dat ik alleen de visserijschool heb doorlopen en niet ook nog naar de universiteit ben gegaan. Als je een titel voor je naam hebt staan, dan geloven de mensen je eerder. Bij Greenpeace zitten ook allemaal biologen. Wij worden beschouwd als gewone vissers.”

Afgelopen weekend voeren vijftig kotters de Rotterdamse haven binnen, werd gratis scholfilet aan publiek uitgedeeld en overhandigde Schot een door zijn vrouw geschilderd portret van zijn vader, ook een visser. „Met dat gebaar wilde ik laten zien dat wij in een lange traditie staan van vrij vissen op zee.” Schot tuurt naar buiten, kiest zijn woorden en zegt:

„Het komt erop neer dat wij bang zijn te worden verbannen van de zee.”

De vissers voelen zich bedreigd. Er worden gesloten gebieden op zee aangewezen, reservaten waar je niet mag vissen. Er worden windmolenparken gebouwd waar je bij uit de buurt moet blijven. „Dat kost miljarden aan belastinggeld, maar bij die parken is praktisch geen leven meer te vinden”, stelt Schot. „Die molens zoemen en brommen en trillen en dat schrikt af.”

Ondermaatse vis

Directe aanleiding voor de acties is de aanlandplicht die vanaf dit jaar in stappen wordt ingevoerd, om alle bijvangst van vissers niet langer op zee al overboord te zetten, maar op het schip te houden en aan land te brengen. Ondermaatse vis. Of vis zonder marktwaarde. Een „absurde” maatregel, vinden de vissers. „Wat dat betreft heeft Brussel de Noordzeevissers opgezadeld met een gedrocht van een maatregel die geen bijdrage levert aan de instandhouding en gezondheid van de visbestanden. De boosheid van de vissers is dan ook onbeschrijfelijk”, schreven de actievoerders eerder.

Lees ook: Bijvangst mag voortaan niet meer overboord

Schot haalt de netten op. „Zullen we gaan halen?”, roept hij naar de bemanning op het voordek, om dan zelf het antwoord te geven. „We gaan halen!” Een grote hoeveelheid garnalen glijdt uit de netten in de verzamelbekkens, met daartussen krabbetjes, een enkele schar, tong, komkommervis en sprot. Zoon Job vist er een schol uit en zet hem overboord. „Zo, die gaat de vrije natuur weer in.”

Tegelijkertijd verzamelen zich in een mum van tijd honderden meeuwen om de boot, krijsend en fladderend, opdringerig en hongerig. „Soms schijten ze de hele boot onder”, zegt vader Job lachend. Ernstig: „Heel veel vogels op zee zijn afhankelijk van ons werk. Als wij de vis niet naar boven zouden halen en de bijvangst niet weer overboord zouden zetten, dan hebben die vogels geen eten meer.”

Foto Arjen Schreuder

Foto Arjen Schreuder

Er zijn veel kanttekeningen te plaatsen bij de aanlandplicht, waarover al jaren is gesteggeld in de politiek. De financiële gevolgen zijn groot. „De Europese aanlandplicht zal bij volledige introductie een enorme impact hebben op de economische prestaties van de Nederlandse visserijvloot. De kosten voor de sector kunnen daarbij oplopen tot boven de 25 miljoen euro per jaar”, meldden onlangs onderzoekers van LEI Wageningen Universiteit. De verwerking van de bijvangst op het schip kost veel werk en dus extra bemanning. Bovendien neemt de vis ruimte in beslag, die ten koste gaat van de soorten waarop eigenlijk wordt gevist.

En wat is het effect van de aanlandplicht op de ecologie? „Dat weet niemand”, zegt onderzoeker Nathalie Steins van Imares, het zeeinstituut van Wageningen UR.

„Het is heel bijzonder dat deze maatregel is genomen zonder dat de effecten daarvan vooraf zijn berekend. Bij het plaatsen van windmolens moeten er milieueffectrapporten worden opgesteld, maar daar is in dit geval geen sprake van. Er is wetenschappelijk gezien geen reden voor de maatregel om de visbestanden op een gezond peil te houden.”

Selectiever vissen

De aanlandplicht is bedoeld om vissers te dwingen „selectiever” te werken. Vissers zouden gerichter moeten vissen op de soorten waarvoor ze zijn uitgevaren, zodat er weinig bijvangst is en daardoor geen verspilling van voedsel ontstaat. „De politiek vindt het de morele verantwoordelijkheid van vissers om selectief te vissen”, zegt onderzoeker Steins.

Foto Arjen Schreuder

Foto Arjen Schreuder

Dat stelt ook bioloog Pavel Klinkhamer, campagneleider oceanen van Greenpeace. „De aanlandplicht is een draak van een maatregel”, geeft hij toe. De vis die straks aan land wordt gebracht, is niet geschikt voor menselijke consumptie en vaak niet eens meer geschikt om te worden verwerkt tot diervoeder. „Ook wij vinden het verschrikkelijk dat er straks zoveel dode vis aan land wordt gebracht. Maar je moet de maatregel zien als een stok achter de deur. De visserij heeft de afgelopen jaren veel te weinig stappen gezet om duurzamer te vissen. Nog steeds wordt er gevist met sleepnetten en kettingen die de bodem omwoelen. Daar moet een einde aan komen. De sector moet veel innovatiever worden, met bijvoorbeeld andere netten en ontsnappingsluiken.”

‘Een record voor de schol’

Maar of je met de aanlandplicht de visbestanden gezonder maakt? Er zijn de afgelopen jaren veel maatregelen genomen om de vangst op bepaalde soorten te beperken. De sector is gesaneerd. „De helft van de bedrijven is weg”, zegt visser Job Schot. De populaties tong en schol zijn „gezond” tot „supergezond”, zegt Steins. „Voor schol beleven we een record. Er is drie keer zoveel schol als al goed zou zijn.” Een aanlandplicht leidt misschien tot selectiever vissen. „Dat is belangrijk”, zegt onderzoeker Steins. Maar vanuit biologisch perspectief gezien hoef je niet eens selectief te vissen als visbestanden gezond zijn, als er genoeg vis in de wateren zwemt. „Als je de visbestanden ziet als je kapitaal, en je vist daar elk jaar niet meer dan de rente van af, dan maakt het niet uit wat je daar vervolgens mee doet.”

Foto Arjen Schreuder

Foto Arjen Schreuder

De garnalen op het dek van de Z-201 zijn gesorteerd, gekookt en gespoeld. De bijvangst is weggespoeld. „Ongeveer 70 procent van wat wij overboord zetten, overleeft het”, zegt Schot. Vissen die het niet overleven, zijn voedsel voor de vogels. Greenpeace gelooft de cijfers niet. „Er circuleren allerlei cijfers, maar je kunt gerust stellen dat in elk geval meer dan de helft van de overboord gezette bijvangst het niet overleeft”, zegt Pavel Klinkhamer.

De bemanning van de Job Senior nuttigt de lunch: friet met frikadellen, doperwtjes en cola. Bemanningslid Marein Allewijn (21) uit Yerseke vertelt hoe heerlijk hij het varen vindt. „Ik kom uit een mosselfamilie. Ik wist lange tijd niet wat ik wilde. Ik heb uiteindelijk een zorgopleiding gevolgd en heb ook in de zorg gewerkt. Mooi werk. Maar de muren kwamen op me af.”

Schipper Job Schot snoept van de mayonaise („vet voor de hartkleppen”) en begint wat garnalen te pellen. „Het probleem is”, mijmert hij, „dat er niet naar de visserman wordt geluisterd”. Dát is de echte reden dat vissers, normaal gesproken „echte solisten” nu gezamenlijk in actie zijn gekomen.

„Jarenlang zaten we in de negativiteit. Nu gaat het weer goed. Er is meer dan genoeg vis. De hoge olieprijs die veel bedrijven de kop heeft gekost, is gedaald. We zijn positief. Wij willen dat uitstralen. Wij willen alleen positiviteit uitstralen.”