Limagrain Ruwvoederwaarde 2016

Page 1

ruwvoederwaarde 2016


contact Ruwvoederwaarde is een uitgave van Limagrain, Nederlands grootste planten­­ veredelaar en aanbieder van landbouwzaaizaden voor professioneel gebruik in de veehouderij, akkerbouw en groensector.

Limagrain Nederland BV Postbus 1 4410 AA Rilland Tel. 0113 – 55 71 00 Fax 0113 – 55 22 37 www.limagrain.nl info@limagrain.nl @LGSeedsNL LGSeedsNL limagrainnederlandbv

2

Neem contact op met onze ruwvoerspecialist in uw regio

Groningen, Overijssel, Drenthe, Gelderland Gerrit Nusselder 06 53 69 86 24 gerrit.nusselder@limagrain.nl Friesland, Flevoland, Noord-Holland, Utrecht Fred Lugthart 06 10 18 98 54 fred.lugthart@limagrain.nl

commercieel manager contactpersoon handel Jos Groot Koerkamp 06 22 40 39 86 jos.groot-koerkamp@limagrain.nl

West-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland Antoon Verhoeven 06 23 30 88 04 antoon.verhoeven@limagrain.nl

contactpersoon handel Arie de Groot 06 22 79 05 40 arie-de.groot@limagrain.nl

Oost-Brabant, Limburg Hein Peeters 06 83 22 48 99 hein.peeters@limagrain.nl

productmanager Mark de Beer 06 83 24 28 18 mark-de.beer@limagrain.nl


Ruwvoederwaarde 2016

inhoud Veel melk uit maïs en gras Topfokker Jan Nieuwenhuizen Toppers halen 60 procent meer van hun land Ruwvoeders beter op waarde schatten De basis voor gezonde koeien en veel melk Meer opbrengst vereist optimalisatie teelt

4-5 6-7 8-9

Het einde van het quotumtijdperk was voor een groot aantal melkveebedrijven de lang verwachte gelegenheid voor groei. In 2016 is duidelijk waar de nieuwe grenzen liggen. De mest- en mineralenwetgeving en ook de sterk schommelende opbrengstprijzen vragen om scherpe keuzes, om de voerkosten laag te houden en zoveel mogelijk melk te produceren per kilo fosfaatruimte.

10-11 12-13 14-15

Ruwvoer is daarbij een cruciale factor. Meer dan ooit is het interessant uw grond te benutten voor kwalitatief goed voer. Met de juiste keuzes benut u de mogelijkheden voor uw bedrijfssituatie maximaal. Welk maïsras past bij mijn bedrijf? Hoe kan graslandvernieuwing mijn ruwvoerproductie verbeteren? Kan ik de mogelijkheden van mijn grond vergroten met andere gewassen?

Maïsras kiezen in 7 stappen Rassenlijsten maïs Maïsrassen 2016

16-17 18-20 21-25

Goed voor gras en bodem Kies het juiste graslandmengsel/ Grasklavermengsels Meer melk uit gras Veehouder Koen Bolscher Graslandmengsels 2016

26-27 28-29 30-31 32-33 34-36

De centrale vraag blijft: wat wil de koe? Wat hebben uw koeien nodig om gezond te blijven en probleemloos veel melk te geven? Want uw plezier in het werk én uw inkomen worden bepaald door de prestaties van uw veestapel. Daarvoor is ruwvoeder van grote waarde. Om u te helpen met de keuzes hierin, hebben we dit praktische boekje samengesteld.

Vang- en rotatiegewassen Mogelijkheden derde gewas

36-37 38-39

Jos Groot Koerkamp manager veehouderij

ruwvoederwaarde 2016

9 3


LG Animal Nutrition kwaliteit

Veel melk uit maïs en gras Maïs is de belangrijkste energiebron voor uw melkvee. Gras levert het broodnodige eiwit. Via de voeding heeft u direct invloed op de melkproductie, elke dag weer. Hoogwaardig ruwvoer is de basis. De juiste afwegingen bij het kiezen van maïsrassen en grasland­ vernieuwing maken het verschil. Limagrain maakt uw keuze gemakkelijker met het LG Animal Nutrition-voederwaardekeurmerk voor snijmaïsrassen en graslandmengsels.

De rassen en mengsels met het Animal Nutrition-keurmerk voldoen aan de streng­ ste landbouwkundige én voedertechnische eisen. De gewassen presteren beter op het land, hun kwaliteit is beter voor de koe.

heid van celwanden. Het zetmeelgehalte wordt voornamelijk bepaald door de kolf. De celwandverteerbaarheid is de maat voor de verteerbaarheid van de plant; belangrijk, want de helft van uw snijmaïs is stengel en blad.

Verteerbaarheid maïs De geselecteerde maïsrassen hebben een bovengemiddelde voederwaarde (VEM, zetmeel) én scoren goed op de verteerbaar­

12 procent beter dan gemiddeld Animal Nutrition-maïs is tot 12% beter verteerbaar dan het rassenlijstgemiddelde. In deze celwandverteerbaarheid zit uw winst.

4

Elk procent betere benutting van de restplant levert 15 VEM extra energie op per kg ds. Grassen met veel suiker en eiwit Animal Nutrition weidemengsels bestaan uit melkdrijvende grassen die primair zijn geselecteerd op suikergehalte, eiwit en verteerbaarheid. Onder de naam Havera heeft Limagrain zeven verschillende mengsels met Animal Nutrition-predikaat. Hoofdcomponent is tetraploïd Engels raaigras. Uit onderzoek blijkt dat tetraploïd Engels raaigras een 6 tot 10 procent betere benutting heeft dan diploïd gras. Tetraploïde raaigrassen zijn rijker aan suikers en andere water­oplosbare kool­ hydraten. Ze worden beter gevreten, zijn resistenter tegen kroonroest en scoren een hogere ds-opbrengst.


Nieuw op de Aanbevelende Rassenlijst Snijmaïs 2016: de LG31-generatie! De nieuwste Animal Nutrition-rassen in de rassenlijst 2016 zijn LG 31.211 en LG 31.218. Maïs die werkelijk alles in zich heeft om tot nóg betere prestaties te komen.

Meer ruwvoederwaarde met Animal Nutrition maïsrassen Tien rassen met bovengemiddelde voederwaarde en verteerbaarheid restplant (zie pagina 21) Uitstekende landbouwkundige eigenschappen Onderzoek Schothorst toont aan: tot 0,6 l meer melk per koe/dag uit maïs met betere celwand­verteerbaarheid

Hoge score voor kVEM/ha en celwand­ verteerbaarheid, voor een betere benutting van de maïs in de pens. Excellente landbouwkundige eigenschappen zoals stevigheid en vroege afrijping garanderen maximale oogstzekerheid. De volgende generatie van de succesvolle LG 30.211 en LG 30.218 en daarmee de nieuwe referentie voor kwaliteit.

Kijk voor meer informatie op www.lg31mais.nl Meer ruwvoederwaarde met Animal Nutrition graslandmengsels Zeven Havera-mengsels met elk een specifiek gebruiksdoel (zie pagina 28) Smakelijk gras, hogere opname, betere verteerbaarheid Onderzoek Schothorst toont aan: tot 1,4 l meer melk per koe/dag na herinzaai met Havera

ruwvoederwaarde 2016

5


Topfokker Jan Nieuwenhuizen

‘ Ruwvoerteelt net zo’n sport als fokkerij’ Voor topfokker Jan Nieuwenhuizen zijn goed verteerbare maïs en structuurrijk gras voorwaarden voor een topproductie. ‘Goed ruwvoer is de basis.’

Kwaliteit ruwvoer basis voor topproductie Jan Nieuwenhuizen runt samen met zijn vrouw en een aantal “enthousiaste medewerkers” een melkvee- en fokbedrijf in het Zuid-Hollandse Nieuwkoop. De vee­ stapel bestaat uit 120 melkkoeien met een gemiddelde productie van ruim 11.500 kg melk. “Goed ruwvoer is de basis voor een efficiënte melkproductie. Wij streven ernaar om zoveel mogelijk melk uit eigen ruwvoer te produceren. Dat is bij ons net zo’n sport als de fokkerij.” 18,5 kg droge stof uit ruwvoer De koeien nemen 23,5 kg droge stof op uit het basis­ rantsoen. Daarvan is 18,5 kg afkomstig uit ruwvoer en 5 kg uit krachtvoerachtige producten. Daarnaast verstrekt de veehouder tot 3 kg brok via een krachtvoerbox. “Alleen met goed ruwvoer kun je een koe veel droge 6

stof uit ruwvoer laten opnemen. Als de kwaliteit niet optimaal is, moet je compenseren met andere voeders die je moet aankopen.” Goed ruwvoer wordt in de toekomst alleen maar be­ langrijker en een voorwaarde voor groei. “Steeds meer gaat het erom hoeveel melk je per kilo fosfaatruimte kunt produceren. Graslandmengsels en maïsrassen die daaraan bijdragen, zijn voor ons het meest interessant. Daarom kies ik voor LG Animal Nutrition-rassen.“ Graslandvernieuwing Nieuwenhuizen past regelmatig (gemiddeld elke 6 jaar) graslandvernieuwing toe, zodat hij voortdurend profiteert van nieuwe inzichten en betere rassen. Hij kijkt daarbij niet alleen naar de voederwaarde.


‘ Alleen met goed ruwvoer kun je een koe veel droge stof laten opnemen’ Jan Nieuwenhuizen: “Zoveel mogelijk melk uit eigen ruwvoer.” “Op dit moment hebben we een aantal blokken ingezaaid met Havera 7, dat naast Engels raaigras ook structuurrijke grassen bevat. Dat bevalt heel goed. Dit mengsel heeft bij ons een prima opbrengst en voederwaarde. En als je daarmee extra prik krijgt in je kuil, hoef je minder luzerne of stro te kopen.” ruwvoederwaarde 2016

Vroege maïs met hoge celwandverteerbaarheid Voor de snijmaïs heeft Nieuwenhuizen afgelopen jaar LG 31.211 gezaaid, in 2015 nog kandidaat en nu opgenomen op de Aanbevelende Rassenlijst voor 2016. “Een nieuw, vroeg ras met een prima voederwaarde-opbrengst en een hoge celwand­ verteerbaarheid.” 7


Toppers halen 60 procent meer van hun land Voerkosten vormen een van de belangrijkste kostenposten voor de melkveehouder. Een goede ruwvoerproductie kan deze aanzienlijk verlagen.

11 cent per kg melk Uit gegevens van accountant Flynth blijkt dat voerkosten 20 tot 30 procent van de totale bedrijfsuitgaven bedragen. Een bedrijf van 870.000 kg melk koopt jaarlijks voor totaal bijna 94.000 euro aan voer, bijna 11 cent per kg melk. Dit zijn kosten voor krachtvoer, natte bijproducten, melkpoeder en aangekocht ruwvoer en weidegeld. Grote verschillen Wie zelf goed ruwvoer produceert, hoeft minder te kopen. In de praktijk blijken de verschillen heel groot. De 25 procent best presterende bedrijven produceren 60 procent meer (droge stof en kVEM) per hectare (zie tabel).

8


Hans Scholte, bedrijfsadviseur Flynth

1.600 euro per hectare meer saldo door betere maïs Stel, bedrijf A realiseert met maïs een droge-stofopbrengst van 13.000 kg/ha en bedrijf B 19.000 kg/ha. Voor beide zijn de totale toegerekende kosten (exclusief grondkosten) 1.300 euro/ha. Voor bedrijf A betekent dit 10 cent per kg droge stof, voor bedrijf B nog geen 7 cent. Op basis van de ruwvoerbehoefte van de veestapel (inclusief jongvee) kan bedrijf A ongeveer 1 melkkoe per hectare extra houden. Bij een melkproductie van 8.000 kg melk per koe en een saldo (opbrengsten melk minus toegerekende kosten voor de melkproductie) van 20 cent, levert dit bedrijf A 1.600 euro meer per hectare op. Bron: Flynth

Verschillen in opbrengst en voederwaarde ruwvoer

Ruwvoerteelt belangrijk voor inkomen Voerkosten verdienen alle aandacht, zegt bedrijfsadviseur Hans Scholte van Flynth. “Aandacht voor voeding is belangrijk omdat dit een substantiële kostenpost is en omdat veehouders hierop zelf via hun ruwvoer veel invloed kunnen uitoefenen.”

De beste 25 procent en de minst presterende 25 procent t.o.v. het gemiddelde

aantal bedrijven opbrengst snijmaïs/ha k­ g droge stof kVEM

aantal bedrijven opbrengst grasland/ha kg droge stof kVEM Bron: database Flynth, gegevens KringloopWijzer

ruwvoederwaarde 2016

Laagste 25%

Gem.

Hoogste 25%

28

112

28

15.572 15.538

19.424 19.374

24.854 24.479

34

134

34

9.098 8.743

12.197 11.643

15.388 14.511

Verschil laagstehoogste

59% 57%

69% 65%

Zelfvoorzienend “Vuistregel is dat een bedrijf tot 15.000 kg melk per hectare in zijn eigen ruwvoer moet kunnen voorzien. Wij zien in de praktijk enorme verschil­ len. Er zijn bedrijven met 18.000 kg melk per hectare die zelfvoorzienend zijn, er zijn ook extensieve bedrijven die ruwvoer moeten bijkopen. Dat heeft te maken met de kwaliteit van de grond, maar ook met de kwaliteit van de ruwvoerteelt en de aanpak van de ondernemer.”

9


Voeradviseur weet steeds meer

ruwvoeders beter op waarde schatten Steeds meer veevoerbedrijven hanteren een nieuw energie-­ waarderingssysteem; naast of in plaats van het VEM-systeem. Daarmee kunnen ze de verteerbaarheidseigenschappen van ruwvoeders nog beter op waarde schatten.

Opvolger VEM Lange tijd was de energiewaardering op basis van VEM de basis voor de rantsoenberekening. Verschillende veevoer­bedrijven werken met een nieuw energie-waarderingssysteem dat is ontwikkeld op onderzoeksinstituut Schothorst Feed Research. Dit is verfijnder dan het VEM-waarderingssysteem. VEM is een maat voor de bruto-hoeveel­ heid energie, maar zegt niets over de plek in het verteringsproces waar deze wordt benut. In werkelijkheid worden 10

verschillende nutriënten op verschillende plekken verteerd: in de pens, dunne darm en dikke darm. Verteerbaarheid ruwvoeders De nieuwe inzichten doen recht aan verschillen in verteerbaarheid tussen verschillende ruwvoeders. Ze houden ook rekening met het feit dat de verteerbaarheid van ingekuilde maïs wijzigt gedurende de bewaarperiode.


Wilfried van Straalen, hoofd rundveeonderzoek Schothorst Feed Research

Frank Verhoeven, Adviesbureau Boerenverstand

VEM langste tijd gehad

‘Goede ruwvoerbenutting scheelt een jaarinkomen’

Het bestaande VEM-waarderingssysteem heeft zijn langste tijd gehad, denkt Wilfried van Straalen.

Veehouders zouden over hun ruwvoerteelt moeten denken als akkerbouwers. Dat vindt Frank Verhoeven van Boerenverstand. Dit agrarisch adviesbureau adviseert onder meer veehouders over duurzame landbouw.

eigenschappen Verteerbaarheid “De nieuwe energiewaarderingsystemen brengen verschillen in verteerbaarheids­ eigenschappen van maïs en graskuilen veel beter in beeld. Daarmee kunnen veevoer­ adviseurs het rantsoen beter afstemmen op de behoefte van de koe.” Sturen op productiedoelen “Ze kunnen veehouders beter ondersteunen in het sturen op bepaalde productiedoelen, zoals gehalten in de melk of het voorkomen van aandoeningen als pensverzuring en slepende melkziekte. Het zou ook interes­ sant zijn om verschillen tussen rassen beter te onderzoeken. Uit onderzoek dat we samen met Limagrain hebben gedaan, blijkt dat de rassenkeuze en celwand­ verteerbaarheid van maïs duidelijk invloed hebben op de melkproductie.”

ruwvoederwaarde 2016

Optimaliseren “De mogelijkheden voor groei zijn op dit moment beperkt. Optimaliseren van de bedrijfsvoering is in de meeste gevallen de beste manier om het resultaat te verbeteren. In studieclubs zie ik dat de verschillen in voerkosten per kg melk enorm zijn. Dat varieert van 8 tot 12 cent. Dat scheelt dus op bedrijfsniveau tienduizenden euro’s.” Voerkosten “In de praktijk laten veehouders kansen liggen, doordat ze vasthouden aan oude gewoontes. Lang niet altijd is maïs de beste keuze voor het rantsoen en de bodem. Dus waarom niet eens een ander voedergewas overwegen? Voederbieten bijvoorbeeld.” Serieus bouwplan ruwvoerteelt “Wij adviseren veehouders een serieus bouwplan te maken, net als een akkerbouwer, en dat te koppelen aan de behoefte van de koe en ook aan de mogelijkheden van de bodem. Alleen dan kun je als veehouder je ruwvoer­ teelt maximaal inzetten voor een optimale bedrijfsvoering. Dat scheelt niet alleen in voerkosten, maar ook in milieubelasting.”

11


Energie, eiwit en structuur

De basis voor gezonde koeien en veel melk De koe is als herkauwer in staat gras en andere ruwvoeders om te zetten in hoogwaardige eiwitten zoals vlees en melk. Een goede penswerking is cruciaal. Ruwvoer met voldoende energie, eiwit én structuur is daarom de basis voor een hoge melkproductie en gezonde koeien. Ruwvoereigenschappen in relatie tot rantsoensamenstelling zetmeel

celwandverteerbaarheid

rantsoen

maïs

gras structuur Bron: LG

12

eiwit

Grote energiebehoefte Zeker bij hoogproductieve melkkoeien is de energiebehoefte groot en dreigt bij pas afgekalfde koeien tekort. Bij deze nega­ tieve energiebalans wordt een deel van het beschikbare eiwit ‘verbrand’ voor de energievoorziening. Dat gaat ten koste van de conditie van de koe en de melkproductie. Snijmaïs is de belangrijkste energiebron. Ook gras levert energie, omdat het suikers bevat. Maar gras is vooral de bron van eiwit. Structuur doorslaggevend Naast energie en eiwit is structuur doorslag­ gevend voor een succesvol rantsoen. Het ruwvoer moet voldoende ‘prik’ hebben. Als het rantsoen te weinig structuur bevat, dreigt pensverzuring. Dit leidt tot een slechtere conditie van de koe en tot minder melk en lagere gehalten.


Zorg dat de pens werkt en het voer smaakt

Dick de Lange, dierenarts DAP Horst

“Een goede penswerking is het uitgangspunt voor een gezonde productie”, stelt dierenarts Dick de Lange, werkzaam bij dierenartsenpraktijk Horst in Noord-Limburg. “Je bereikt een goede penswerking met 10 tot 20 kg droge stof uit goed ruwvoer met voldoende energie, eiwit en structuur. Dit kun je aanvullen met krachtvoer tot maximaal 28 kg droge stof.” Structuur in gras “Voldoende structuur is vooral een aandachtspunt bij gras. Dit hangt ook samen met de bedrijfsvoering, bijvoorbeeld wel of niet beweiden. Onvoldoende structuur in het rantsoen maakt aankoop van hooi of luzerne noodzakelijk. En dat leidt weer tot hogere kosten.” hoge Verteerbaarheid maïs zorgt voor meer melk “Bij snijmaïs is verteerbaarheid van groot belang. Zetmeel zit in de kolf, maar je oogst de hele plant. Als die slecht verteerbaar is, gaat een groot deel via de mest weer de koe uit. Maïsrassen met een hoge verteerbaarheid leveren meer melk en zijn gunstiger voor de mineralenhuishouding.”

Alleen als het ruwvoer goed is, kan zonder problemen krachtvoer worden bijgevoerd voor nog meer melk. De hoeveelheid maïs en gras in het rantsoen is bepalend voor het uiteindelijke teeltdoel. Zie overzicht ‘Ruwvoereigenschappen in relatie tot rantsoensamenstelling’ op pagina 12. ruwvoederwaarde 2016

Smakelijkheid “Je kan alles uitrekenen, maar de koe vreet alleen voldoende ruwvoer als het smakelijk is. Dat heeft met soorten en rassen te maken, zo is timotheegras lekker zoet. Maar het gaat ook om teeltaspecten. Als je grond met slechte ontwatering hebt, kies dan een supervroeg maïsras met minder groeidagen. Bij gras is op tijd maaien van belang. Zo voorkom je schimmelvorming onderin een bladrijk gewas. Samen met mycotoxinen kunnen schimmels leiden tot een slecht inkuilresultaat, weinig smakelijk voer of zelfs verstoring van de pensflora.”

13


Meer opbrengst vereist optimalisatie teelt Ondanks de steeds scherpere bemestingsnormen is nog altijd vooruitgang in ruwvoeropbrengst te behalen. Het is een kwestie van optimaliseren. Een gezonde bodem is de basis.

Bemesten wordt maatwerk Door de beperkte bemestingsruimte wordt maatwerk in bemesting steeds belangrijker. Een goede pH is een eerste vereiste. Verder wordt het steeds belangrijker de bemesting per perceel af te stemmen op de omstandigheden, zoals grondsoort, ligging en gebruiksdoel. Organische stof Het gaat ook om andere aspecten van de bodemgezondheid. Met name op zand足 gronden is organische stof een punt van aandacht. Continuteelt van ma誰s kan leiden tot een achteruitgang. Het inzetten van een groenbemester na ma誰s of vruchtwisseling helpt het organische stofgehalte op peil te houden. Kijk op pagina 37 voor de mogelijkheden.

14


10 verbeterpunten voor hogere opbrengst maïs en gras Op veel bedrijven kan door het toepassen van eenvoudige maatregelen een hogere maïs- en grasopbrengst worden gerealiseerd. top tien van verbeterpunten: 1. Bekalk de bodem en zorg voor een goede pH. 2. Analyseer drijfmest. Zo weet u hoeveel meststoffen de drijfmest per ton bevat. 3. Pas wisselteelt toe en verbeter de organische stof-balans. 4. Pas aanvullende kalibemesting toe bij hoge maïs­ opbrengsten. 5. Pas bemesting toe op perceelsniveau. 6. Kies een passend maïsras en graslandmengsel. 7. Zorg voor een zo sterk mogelijke ontwikkeling van een groenbemester na de teelt van maïs. 8. Weet welke onkruiden op uw percelen staan, zodat u gewasbeschermingsmiddelen effectiever kunt inzetten. 9. Bewerk uw bouwvoor goed. 10. Laat uw maïs goed afrijpen voor de optimale voederwaarde.

ruwvoederwaarde 2016

groenbemester is serieuze teelt

Herman van Schooten, onderzoeker WUR Lifestock Research

De timing van bemesting en aandacht voor groenbemesters zijn belangrijke details voor het optimaal benutten van de beperkte bemestingsruimte, aldus Herman van Schooten, onderzoeker bij Wageningen UR Livestock Research. Met wachten is veel te winnen “Met een goede timing is veel te winnen, zeker met bemesting. Als een veehouder inkuilt, kijkt hij heel goed naar het weer. Dat zou hij met bemesten ook moeten doen. Voor een optimale benutting van mineralen is wachten vaak waardevol; in het voorjaar als het nog te koud is of in de zomer als het droog is.” Groenbemester houdt stikstof vast “Groenbemesters na maïs houden stikstof vast in de bodem en helpen het organische stofgehalte op peil te houden. Bij de scherpe bemestingsnormen is dat reden genoeg om groenbe­ mesters als een serieuze teelt te beschouwen. Om voldoende tijd te hebben voor het laten slagen van een groenbemester, moet de maïs vroeg genoeg geoogst kunnen worden.”

15


Teelteigenschappen bepalen voederwaarde-opbrengst

Maïsras kiezen in 7 stappen Wie bij de keuze van maïsrassen of graslandmengsels niet naar de beste rassen van de Aanbevelende Rassenlijst kijkt, doet zichzelf tekort. In de afgelopen twintig jaar is de VEM-opbrengst van de maïsrassen op de lijst met 40 procent gestegen. De rassenlijst bevat cruciale gegevens voor het selecteren van het ras dat het beste bij uw bedrijfsomstandigheden past.

16

1. lengte Groei­seizoen

2. Groenbemester nodig?

3. Onkruid en Grondbedekking

Kijk naar het effectieve groei­ seizoen. In Noord-Nederland is dat korter dan in het Zuiden. Ook op een koud en nat per­ ceel is het aantal groeidagen beperkt. Kies dan uit de zeer vroege of ultra-vroege groep.

Is het organische stofgehalte laag? Pas dan wisselteelt toe of zorg voor een geslaagde groen­ bemester. Met een ­ras uit de vroegste groepen heeft u in het najaar meer tijd voor het laten slagen van de nateelt.

Bij een hoge onkruiddruk heeft een ras met een snelle grondbedekking de voorkeur. Het onkruid krijgt dan minder kans zich te ontwikkelen.


Teeltrisico’s uitsluiten is het belangrijkst

Jos Groten, onderzoeker maïs en voeder­ gewassen PPO-Wageningen UR

Veel veehouders hebben de neiging eerst te kijken naar voederwaarde en opbrengst op de lijst. Ze willen de hoogst mogelijke potentiële voederwaarde­ opbrengst, is de inschatting van Jos Groten, rassenonderzoeker bij Wageningen UR-PPO en betrokken bij het rassenlijstonderzoek voor maïs.

Vroegheidscategorie belangrijke afweging “In de eerste plaats moet je een keuze maken voor de vroegheids­categorie die past bij de lengte van het effectieve groeiseizoen. Als je op een nat perceel een laat ras zaait, is de kans groot dat de maïs te laat of helemaal niet rijp wordt.

Groten vindt dit een mooi streven, maar stelt dat de landbouwkundige eigenschappen zeker zo belangrijk zijn om teeltrisico’s uit te sluiten en een goede voederwaarde­ opbrengst te realiseren.

Als de teelt niet slaagt, kan een ras zijn voederwaardecijfers nooit waar maken. Dat is afgelopen jaar met name in het Noorden gebeurd, mede door het koude voorjaar en de trage afrijping in september.”

4. stevigheid Op een windgevoelige plek is de stevigheid van het ras belang­ rijk; zeker op zware of natte grond waar maïs oppervlakkiger wortelt. De rassenlijst vermeldt nu ook zomerlegering en green snap (afbreken van stengels).

ruwvoederwaarde 2016

Bodemkwaliteit vraagt vroegere rassen “Ook met het oog op groenbemesters en vruchtwisseling met gras verwacht ik dat er een verschuiving optreedt naar vroegere rassen. Het inzaaien van een volg-gewas gaat gemakkelijker als de maïs vroeg in het najaar gehakseld kan worden. Dan moet je denken aan (zeer) vroege rassen, in Noord-Nederland zelfs ultra-vroege rassen.”

5. kans op schimmelinfecties

6. opbrengst en voederwaarde

7. celwand­ verteerbaarheid

Heeft u eerder problemen gehad met schimmels, zoals stengelrot, bladvlekkenziekte of builenbrand? Let dan op de resistentiecijfers van de rassen.

Heeft u een ruwvoertekort kies dan een ras met een hoge opbrengstpotentie. Bij een ruwvoeroverschot of een hoogproductieve veestapel heeft een hogere voederwaarde de voorkeur.

Een hoge celwandverteer­ baarheid loont altijd. Het is deze eigenschap die de voederwaarde van maïs verder heeft doen laten stijgen en de VEM-verschillen tussen rassen grotendeels verklaart.

17


rassenlijst snijmaïs zeer vroeg - vroeg

Plantlengte ¹

8,5

*

7

*

*

7

100

8

8

8,5

7

8,5

6,5

8

95

N

LG 30.209

4

8

8

*

7

*

*

7

N

DKC3333

4

8

8

*

7

*

*

7

Leovoxx

5

7,5

7,5

8,5

8

*

*

8

98

LG 31.211

3

7

7

*

7,5

*

*

7,5

101

P8057

6

8,5

8

8,5

8

8,5

8,5

6,5

102

8

36,6

103

102

101

101

98

99

LG 30.211

6

8

8,5

8,5

8

8

7,5

7,5

100

8

36,5 103

102

100

100

100

N

LG 31.218

3

7

7,5

*

8

*

*

7,5

105

8

36,2 102

102

102

101

N

Farmezzo

3

7,5

6

*

7,5

*

*

7,5

108

7,5

35,6

100

100

100

N

LG 30.215

3

7,5

7,5

*

8

*

*

8,5

108

7,5

35,4 100

104

N

Movanna

4

7,5

7

*

7,5

*

*

7,5

105

7

35,4

100

99

N

Kompetens

3

7

8

*

8

*

*

7

101

8

35,3

99

Nitro

6

8,5

8,5

8,5

7,5

8

7,5

7

98

8

35,2

MAS12H

4

7,5

8

*

8

*

*

7

107

7,5

35,0

LG 30.218

6

8,5

8,5

9

7

8,5

7,5

7,5

98

7,5

Milkstar

3

6

6,5

*

8,5

*

*

8

110

N

N N

N

Celwandverteerbaarheid 1

Snelheid grondbedekking

8

6

20,5 108

100

101

96

97

20,3

103

102

8

37,5 105

104

102

100

100

100

20,9

108

98

7,5

37,3

105

100

96

101

99

100

8

37,1

104

101

99

101

98

99

8

36,9 104

104

103

101

101

102

21,3

110

99

20,7

106

100

101

21,1

110

99

102

101

105

99

101

100

20,9

102

99

97

101

99

101

102

100

100

100

99

101

101

100

98

99

99

103

104

99

100

98

35,0

98

100

101

100

100

101

7,5

34,9

98

90

91

98

108

105

Zetmeelgehalte bij 35% drogestof

98

105

8,5 39,5 111

Zetmeelgehalte oogst

98

37,7 106

Drogestofgehalte 1

108 107 100

9

Vroegheid bloei

VEM-opbrengst (kVEM/ha)

Helminthosporiumtolerantie

3

Atrium

N

Drogestofopbrengst

Stengelrotresistentie

Asgaard

Hoge cijfers duiden op een gunstige waardering van de betreffende eigenschap. De cijfers en getallen zijn gemiddelden over 2010 t/m 2015.

Kengetallen

VEM / kg drogestof

Green snap

Drogestofgehalte % 2

Zomerlegering

Builenbrandresistentie

Stevigheid

Energieopbrengst1

kVEM-opbrengst / ha 2

Voederwaardekwaliteit1

Landbouwkundige kwaliteit Jaren in onderzoek

Ras

21,1

107

21,5

108

LG 30.223

6

8,5

8

8,5

7

8,5

*

8

99

7,5

34,5

97

96

98

100

103

103

SY Milkytop

5

7

7

8

7,5

*

*

8,5

94

8

34,4

97

102

105

100

100

101

Denny

4

7

6,5

*

7

*

*

7

101

7,5

34,4

97

99

101

99

102

101

Messago

6

7,5

8

8,5

7,5

8,5

7,5

7,5

100

8

34,4

97

99

101

100

101

101

LG 30.225

6

7

8

8,5

8,5

8

8

8

101

8

34,0

96

96

99

100

101

101

21,1

109

LG 30.224

6

7,5

7,5

8,5

8

9

*

6,5

102

7

33,7

95

92

95

100

103

104

21,7

110

2

7

7,5

*

7,5

*

*

7

104

7,5

103

104

101

99

2 JAAr ONDERZOEK LG 31.216

100=

18

100

20,9

109

271

35,4 100

35,6

388 385 1013

20,6 20,9

20,9

51

cm

%

g/kgds g/kgds VEM kgds

ton/ha x1000

x1000

%

bron: CSAR / Rassenlijst 2016 m.u.v. celwandverteerbaarheid (bron: LG). 1 in verhoudingsgetallen (relatief). ² absolute getallen; overige getallen zijn waarderingscijfers. *onvoldoende resultaten beschikbaar. NB. Vanwege andere standaardrassen en proeflocaties zijn de resultaten zeer vroeg/vroeg en middenvroeg/ middenlaat onderling niet vergelijkbaar. Betrouwbaarheid van cijfers is groter bij meer jaren van onderzoek. N

ieuw aanbevolen rassen voor N 1e of 2e jaar op de lijst.

Bij ultra-vroeg: 10 of 12 achter rasnaam = plantaantal / ha x 0000; 3% verschil in ds-gehalte = 1 week vroeger. streeftraject: 1 mei zaaien 15 september oogsten.


middenvroeg - laat Kengetallen

Zomerlegering

Green snap

Stengelrotresistentie

Builenbrandresistentie

Helminthosporiumtolerantie

Snelheid grondbedekking

Plantlengte ¹

Vroegheid bloei

Drogestofgehalte % 2

Drogestofgehalte 1

Zetmeelgehalte oogst

Zetmeelgehalte bij 35% drogestof

VEM / kg drogestof

Drogestofopbrengst

VEM-opbrengst (kVEM/ha)

N

Juvento

3

8

8,5

*

8,5

8

7

9

102

7,5

36,2

105

103

100

101

100

101

N

Farmfire

4

6

7,5

*

7

8,5

7

8

103

7

35,6

103

100

98

99

103

102

LG 30.232

5

8

8,5

8,5

8,5

7,5

7

8,5

101

100

101

Torres

6

7,5

7

7

8

8,5

8

8,5

101

98

98

Fenizia

3

6,5

6,5

*

7

6,5

6,5

7,5

98

101

99

Sunstar

5

8

8

8

8,5

7,5

8

8,5

100

101

101

Mokka

6

7,5

7,5

8

8

8,5

7,5

7,5

100

98

98

SY Fanatic

3

7,5

7

*

8

8,5

8

7

99 bron: 7,5PPO35,2 102 96 96 / Rassenbulletin 2016. verhoudingsgetallen 102 1 in 8 35,2 102 (relatief). 105 ²103 absolute getallen; overige getallen zijn 105 7 34,7 100 100 100 waarderingscijfers. 100 10 of7 12 achter 33,9 rasnaam 98 95 97/ = plantaantal x 0000;33,1 3% verschil =1 96 ha 7,5 96 in ds-gehalte 103 107 week vroeger. 105 streeftraject: 6,5 32,61 mei94 95 102 zaaien - 15 september oogsten.

102

100

103

7

6,5

*

8,5

6,5

8

8

100

7

34,8

101

102

22,3 112

7

*

*

8,5

*

7,5

7,5

100

7,5

34,6

100

102

22,3 111

N

N

4 JAAR ONDERZOEK LG 30.248

4

101

93

92

101

99

101

102

kVEM-opbrengst/ ha 2

Hoge cijfers duiden op een gunstige waardering van de betreffende eigenschap. De cijfers en getallen zijn gemiddelden over 2010 t/m 2015.

Stevigheid

Celwandverteerbaarheid 1

Energieopbrengst 1

Voederwaardekwaliteit 1

Landbouwkundige kwaliteit

Jaren in onderzoek

Ras

22,1 108 22,0

108

2 JAAR ONDERZOEK LG 31.235

2

291 cm

100=

100

34,6 %

375 378 1001 g/kgds g/kgds VEM kgds

21,9 21,9 ton/ha x1000

21,9 x1000

51 %

ultra-vroeg VEM-opbrengst (kVEM/ha)

8,5

7,5

91

9

36,4

108

104

95

101

101

89

91

8

7

8

101

7,5

33,3

98

101

100

100

100

103

103

Ambition - 10

4

8

9

7,5

8,5

7

108

7

31,8

94

95

105

98

99

108

106

Asgaard - 10

2

8,5

8,5

8

8,5

7

103

6,5

31,2

92

97

101

102

101

108

110

100=

244 cm

33,8 %

383 357 55,1 1016 g/kgds g/kgds % VEM

Drogestofopbrengst

8,5

8,5

VEM / kg drogestof

Drogestofgehalte 1

Celwandverteerbaarheid

Drogestofgehalte % 2

6

7,5

Vroegheid bloei

Snelheid grondbedekking

6

4

Plantlengte ¹

Stengelrotresistentie

5

Activate - 12

2011 t/m 2015.

Stevigheid

Roadrunner - 12

Jaren in onderzoek

Green snap (2015)

Celwandgehalte oogst

Energieopbrengst1

Zomerlegering

Hoge cijfers duiden op een gunstige waardering van de betreffende eigenschap. De cijfers en getallen zijn gemiddelden over

ruwvoederwaarde 2016

Voederwaardekwaliteit1

Landbouwkundige kwaliteit

Zetmeelgehalte oogst

Ras

14,4 14,7 ton/ha x1000

19


rassenlijst korrelmaĂŻs / CCM

Vroegheid bloei

Plantlengte 1

Helminthosporiumtolerantie

Oogstbaarheid

Stengelrotresistentie

Stevigheid

Zomerlegering

Vochtgehalte2

Drogestofgehalte 1

Drogestofopbrengst 1*

Korrel

Snelheid grondbedekking

Landbouwkundige kwaliteit Jaren in onderzoek

Ras

Coryphee

6

8,5

9

93

7,5

8

7,5

8,5

8,5

25,7

104

93

Hyperion KWS

5

8,5

8

97

6

8

7,5

8

9

26,4

103

95

Hoge cijfers duiden op een gunstige waardering van de betreffende eigenschap. De cijfers en getallen zijn gemiddelden over 2010 t/m 2015.

ES Darinha

6

6,5

8

105

7

8

8,5

7

6

27,8

101

96

Sunshinos

5

7,5

8

93

7,5

7,5

7

8,5

9

28,4

100

99

Ricardinio

6

8

8

106

7

7

7

8

8,5

28,6

100

102

N Kompetens

3

7

8

96

8

8

7,5

8

8

29,2

99

104

Amadeo

6

7,5

8,5

97

7

7

7

7,5

8

29,5

99

99

N Genialis KWS

3

8

7

98

7,5

8

7,5

7,5

7,5

29,5

99

103

Kiparis

4

7,5

7,5

102

7,5

7

7

6,5

8,5

29,6

98

102

Ambrosini

6

8

8

98

7,5

8

8

8,5

8,5

30,0

98

97

N ES Crossman

4

7

7

110

7

7,5

7,5

6,5

7

30,0

98

105

Millesim

6

8

8

99

7

8,5

8

8

8,5

30,9

97

104

3

8,5

7,5

103

7

6

6

7,5

7,5

29,8

98

101

2

7,5

8

94

*

7,5

7

*

*

29,7

3 jAAR ONDERZOEK

LG 30.215 2 jAar onderzoek

LG 31.211 100=

20

290 cm

98

103

71,5 %

11,1 ton/ha

bron: CSAR / Rassenlijst 2016. š in verhoudingsgetallen (relatief) 2 absolute getallen; overige getallen zijn waarderingscijfers. * 100 = 13,2 ton/ha bij 16% vocht (korrel) en 17,1 ton/ha bij 35% vocht (CCM). Betrouwbaarheid van cijfers is groter bij meer jaren van onderzoek.


rassenaanbod 2016

Ras ULTRAvroege snijmaIs

Landbouwkundig

Zetmeel

Verteerbaarheid

Opbrengst

100.000 korrels / ha

Ambition nieuw

Asgaard zeer vroege snijmaIs

100.000 korrels / ha

zaaizaad足 ontsmetting

LG 30.209 LG 30.211 nieuw

LG 31.211

nieuw

LG 30.215 vroege snijmaIs

100.000 korrels / ha

LG 30.218 nieuw

LG 31.218

nieuw

LG 31.216 LG 30.223 LG 30.225 middenvroege snijmaIs

95.000 korrels / ha

ALIOS De standaard zaaizaad足 ontsmetting tegen kiemen bodemschimmels en Headsmut/ma誰skopbrand. MESUROL Werkt aanvullend tegen fritvlieg en vogelvraat (op alle rassen mogelijk).

LG 30.224 LG 30.248 LG 30.232 nieuw

LG 31.235 korrel- en CCM-maIs

Sunshinos nieuw

90.000 korrels / ha

SONIDO Beschermt extra tegen ritnaalden (leverbaar op Ambition, Asgaard, LG 30.211, LG 31.218, LG 30.218, LG 30.223 en LG 30.248).

LG 30.215

ruwvoederwaarde 2016

21


rassenaanbod maïs 2016 ultra-vroeg

zeer vroeg

FAO 190

vroeg

FAO 210

Asgaard

absolute nr. 1 in voederwaardeopbrengst

echte kwaliteitsmaïs heel vroeg, super veel zetmeel en kVEM/ha mooie goedgevulde kolven stevig en vitaal gewas

hoogste VEM-opbrengst zeer vroeg hoogste kwaliteit zeer vroeg super zetmeelgehalte enorm stevig en gezond

vroeg

FAO 215

LG 31.211

allervroegste zetmeeltopper

IN ONDER ZOEK

FAO 215

LG 31.216

LG 31.218

kwaliteit voor maximaal melk

absolute nr. 1 in kwaliteit

vroege kwaliteitsmaïs zetmeeltopper hoge voederwaarde­ opbrengst snelle starter

hoogste kwaliteit vroeg hoge voederwaarde­ opbrengst veel zetmeel topprestaties op alle gronden

20,5

kVEM/ha (x1.000)

kVEM/ha (x1.000)

1e

21,3

20,9

kVEM/ha (x1.000)

kVEM/ha (x1.000)

21,1

1e

111

ds-opbrengst (ton/ha)

20,8

zetmeel % oogst (rel.) 1e celwandverteerb. (rel.)

108

zetmeel % oogst (rel.)

104

zetmeel % 35% ds (rel.)

104

zetmeel % 35% ds (rel.)

102

108

celwandverteerb. (rel.)

110

celwandverteerb. (rel.)

109

celwandverteerb. (rel.)

110

stengelrotresistentie

7,5

zomerlegering

7,5

stengelrotresistentie

ds-gehalte (rel.)

stevigheid

8

1e 1.023

VEM/kg ds

VEM/kg ds

1e 1.023

8

bron: Rassenlijst 2016 (CSAR) m.u.v. celwandverteerbaarheid (bron LG)

22


middenvroeg

middenvroeg

FAO 230

IN ONDER ZOEK

FAO 235

LG 30.248

LG 30.215

Stevige combi zetmeel en kVEM-opbrengst

topverteerbaar, hoge benutting super VEM-opbrengst correct zetmeel voor ma誰srijk rantsoen betrouwbaar en gezond

korrel/ccm

FAO 215

LG 31.235

massa voor melk

dubbeldoel

sunshinos

zetmeelkanon met unieke kolven

hoogste kwaliteit middenvroeg uitstekende voederwaarde足opbrengst hoog zetmeelgehalte zeer stevig en stabiel

vroeg, vitaal, veilige keus

massale zetmeelma誰s vroeg veel (korrel)opbrengst nr.1 in Belgi谷 en Duitsland bijzonder uniform en oogstzeker

vroege afrijping lage droogkosten, hoog rendement zeer gezond, vlotte beginontwikkeling uitzonderlijk stevig

22,3

kVEM/ha (x1.000)

22,3

kVEM/ha (x1.000)

11,2

korrelopbrengst (ton/ha)

11,0

zetmeel % 35% ds (rel.) celwandverteerb. (rel.)

105

vochtgehalte (%)

28,4

102

stevigheid

1e

8,5

7,5

zomerlegering

1e

9

112

VEM/kg ds

1e

8,5

zetmeel % 35% ds (rel.)

101

celwandverteerb. (rel.)

111

stevigheid

8,5

snelheid grondbedekking 1e 8,5

stengelrotresistentie helminthosporiumtolerantie

ruwvoederwaarde 2016

1e

8

stengelrotresistentie

1e 1.021

korrelopbrengst (ton/ha)

celwandverteerb. (rel.) 1e

1e

23


rassenaanbod maïs 2016 ultra-vroeg FAO 180

‘ Zoveel mogelijk energie in de koe krijgen’

Louis Vlaswinkel, maïskweker Limagrain

Zoveel mogelijk energie in de koe krijgen. Dat is kort samen­gevat de drijfveer van Louis Vlaswinkel, maïskweker bij Limagrain, bij het ontwikkelen van nieuwe maïsrassen.

ambition

maximale opbrengst in minimale tijd dé standaard in ultra-

Elk hap benutbare energie “Hoogproductief melkvee verkeert een groot deel van de lactatie in een negatieve energiebalans. De hoeveelheid die een koe kan opnemen is beperkt, dus elke hap moet zoveel mogelijk benutbare energie bevatten.” Verteerbaarheid “Daarom kijken we bij Limagrain altijd naar de verteerbaarheid van de hele plant. De helft van de energie is zetmeel uit de kolf, die is altijd goed verteerbaar. De stengel en het blad vormen de andere helft. Deze energie in de restplant zit in celwanden. Er bestaan grote verschillen in de verteer­ baarheid van de celwanden. Dat verschil kan oplopen tot 12 procent. Vooral in rantsoenen die veel zetmeel bevatten, is de celwandverteerbaarheid cruciaal. Bijkomend aspect: ook met het oog op de mestproductie is een betere verteerbaarheid gunstiger.” Kies de juiste vroegheid “Veehouders moeten in de eerste plaats kijken naar de mogelijk­heden voor de teelt. Vooral de vroegheid van een ras is belangrijk. Als je een ras kiest dat nét niet rijp wordt, benut je de mogelijkheden niet. Of je moet heel laat oogsten, waarmee je de bodemstructuur vernielt en je de volgende jaren opbrengst misloopt.”

24

vroege maïs (DLV Plant) topopbrengst van zetmeel, drogestof en VEM voor de vroegste regio’s en late zaai


zeer vroeg FAO 200

LG 30.209 zeer vroege zetmeelmaïs

vroeg FAO 220

LG 30.218 meest gezaaide ras van Nederland

hoge zetmeelopbrengst bijzonder stevig en vitaal past goed in grasrijke rantsoenen

zeer betrouwbaar in VEM en opbrengst breed inzetbaar al ruim 175.000 ha uitgezaaid landbouwkundig zeer sterk niet gevoelig voor green snap

FAO 210

FAO 225

LG 30.211

meest betrouwbare ras van Nederland veruit meest gezaaide zeer vroege ras stelt nooit teleur stevig als een huis

ruwvoederwaarde 2016

LG 30.223 massa en kwaliteit in één

nr. 1 in ds-opbrengst: 21,2 ton/ha! met behoud van voederwaarde enorm oogstzeker

vroeg FAO 225

LG 30.225

vroeg tot middenvroeg kwaliteitsmaïs met FAO 225 zowel vroeg als middenvroeg prima VEM- en drogestof­ opbrengst hoge celwandverteer­ baarheid voor veel melk

middenvroeg FAO 230

LG 30.224 lijstaanvoerder in opbrengst

nr. 1 in kVEM-opbrengst: 21.700 kVEM/ha goed verteerbaar voor hoge voerefficiëntie hoogste builenbrand­ resistentie FAO 230

LG 30.232 resistente kVEM-topper

combineert kwaliteit en massa met vroege afrijping zeer stevig beste resistenties tegen legering, green snap en schimmels 25


Graslandvernieuwing

goed voor gras en bodem Door grasland regelmatig te vernieuwen profiteert u van de genetische vooruitgang. Nieuwe rassen hebben een hogere opbrengst en ook een betere verteerbaarheid. Daardoor levert graslandvernieuwing op termijn ook een bijdrage aan een betere mineralenbenutting in de bodem.

Vernieuwen bij minder dan 60 procent Engels raai Om te bepalen of het tijd is om uw grasland te vernieuwen, moet u het beoordelen: bepaal het aandeel goede grassen, slechte grassen, onkruiden en open plekken. Als het aandeel Engels raaigras minder dan 60 procent is of als u meer dan 25 procent kweek aantreft, is het tijd om te vernieuwen. Doorzaaien loont altijd Doorzaaien is altijd zinvol, omdat door toename van het aandeel goede grassen de kVEM-opbrengst van het perceel stijgt. Zorg er wel voor dat het ontkiemende zaad niet te veel concurrentie ondervindt in een

26


Onderzoek: terugverdientijd slechts 2 jaar Herinzaai met een hoogwaardig graslandmengsel zorgt voor meer gras en meer kVEM/ha. Dat blijkt uit onderzoek van Schothorst Feed Research. Voor dit onderzoek is een voor Nederland representatieve bestaande graszode (BG 4) vergeleken met een nieuwe Havera-weide.

hectare. Ook is de eiwit-productie (ruw eiwit en DVE) per hectare hoger. Deze extra opbrengst heeft een waarde van 706 euro op basis van de voederwaardeprijs (VEM-prijs en DVE-toeslag). Herinzaai van grasland kost gemiddeld 740 euro. Dat is dus in twee jaar terugverdiend aan extra voederwaarde.

Extra voederwaarde Het resultaat: nieuw Havera-grasland produceert in 2 jaar ruim 3.300 kg droge stof en ruim 3.600 kVEM méér per

bestaande zode. Dat is bijvoorbeeld het geval in een holle zode. havera 3 voor Doorzaaien Het graslandmengsel Havera 3 is speciaal samengesteld voor doorzaaien en bevat 100% tetraploïde rassen met een grote concurrentiekracht.

goed voor KringloopWijzer Graslandvernieuwing is gunstig in de KringloopWijzer. Nieuwe rassen hebben een hogere opbrengst. Bovendien levert vernieuwing een betere bodemstructuur en een goede beworteling, waardoor de mineralen­benutting op termijn alleen maar beter wordt.

Tip: graslandcheck LG heeft een tool ontwikkeld waar­ mee u aan de hand van de botanische samenstelling van uw grasland kunt nagaan of herinzaai/doorzaai nodig is. www.limagrain.nl/graslandcheck

Herinzaaien of doorzaaien? Kijk voor het volledige overzicht van havera-graslandmengsels op pagina 34-35. ruwvoederwaarde 2016

27


kies het juiste graslandmengsel Met de LG Havera-grasmengsels haalt u een hogere voederwaarde­ opbrengst. Er zijn 7 verschillende samenstellingen, met elk een specifiek gebruiksdoel, allemaal met LG Animal Nutrition kwaliteitsgarantie.

grasland doorzaai of (her)inzaai?

(her)inzaai

doorzaai

tijdelijk of blijvend grasland

tijdelijk grasland (1-3 jaar)

blijvend grasland (>3 jaar)

HAVERA 2

HAVERA 3

rotatie

doorzaai

gebruiksdoel

weiden en maaien

HAVERA 4 hoogproductief

28

maaien

nadruk op weiden

gras-klaver weide

HAVERA 1

HAVERA 5

hoogproductief

efficiënt

extra structuur

HAVERA 6 maailand

HAVERA 7 structuur

Vliegende start met Headstart GOLD fosfaatcoating Met LG Havera profiteert u van ultramoderne en 100% biologische zaadtechnologie. In tegenstelling tot kunstmest en andere zaadcoatings is Headstart GOLD opgebouwd uit organische sporenelementen en fosfaat. Deze telt dus niet mee in de mineralenaanvoer op uw bedrijf. Doordat de ele­ menten in een lage dosering om het graszaad aangebracht zijn, werkt de coating enorm efficiënt. De osmotische en hormonale werking bevordert de toevoer van vocht en voedings­ stoffen. Resultaat: een extra kiem­voorsprong en vliegende start van uw grasgroei.


Grasklavermengsels zorgen voor nalevering

Stikstoffabriek in het gras Klaver bindt stikstof uit de lucht en legt die vast in de bodem, zodat deze ten goede komt aan de klaver én het gras. Afhankelijk van de hoeveelheid klaver in de zode, kan witte klaver tot 150 kg en rode klaver tot 300 kg N per hectare binden. Met grasklaver kiest u voor een hoge opbrengst van smakelijk ruwvoer met minimale bemesting.

Witte of rode klaver Op maaipercelen kunt u het best voor rode klaver kiezen. Deze heeft een penwortel en groeit opgaand. Op percelen die u wilt maaien en beweiden, is witte klaver het meest geschikt. Deze soort maakt uitlopers en handhaaft zich daardoor gemakkelijker in de zode.

gebruiksdoel

klaversoort

zaaiadvies

weiden en maaien

wit

3-7 kg/ha

maaien

rood

5-10 kg/ha

ruwvoederwaarde 2016

Kroonroest Klaver is zeer smakelijk en heeft een hoger eiwitgehalte dan gras. Door de stikstof­ nalevering zorgt de klaver er ook voor dat het gras minder gevoelig is voor kroon­ roest. Kroonroest slaat toe op het moment dat de grasgroei stilvalt, door bijvoorbeeld droogte of stikstofgebrek. Wisselteelt Krappere gebruiksnormen zetten bodem­ vruchtbaarheid en –gezondheid onder druk. Dat geldt zeker bij continuteelt van maïs.

Voordelen van klaver N-binding uit de lucht Lager bemestingsniveau Hoog eiwitgehalte Hogere voeropname (smakelijk) Betere voederwaarde Besparing krachtvoer en extra bemestingsruimte Minder kroonroest

Afwisselen van maïs en gras-klaver kan een goede optie zijn. 29


Meer melk uit gras

LG Havera is gras dat is samengesteld volgens de laatste inzichten als het gaat om de vertering van ruwvoer in de koeienpens. Door scherpe selectie op de belangrijkste voederwaardeparameters en melkdrijvende inhoudsstoffen zetten we in op een nog betere benutting van eiwit en energie uit gras. Doel: meer melk uit ruwvoer en een gezonde penswerking.

Tot 1,4 liter meer melk In voederproeven van Schothorst Feed Research is aangetoond dat graslandvernieuwing met LG Havera tot wel 1,4 liter meer melk per koe per dag oplevert.

Graseiwit voor melkeiwit LG Havera zet in op een efficiÍnte benutting van graseiwit voor de productie van melk en melkeiwit. Dat wordt alleen maar interessanter nu door de krappe bemestings­normen het ruweiwitgehalte in veel graskuilen onder druk staat.

30


Gras met prik en voederwaarde Structuur is onmisbaar. De hogere NDF-verteerbaar­ heid van Havera geeft meer energie uit vezels, dus meer melkdrijving in het rantsoen.

Smakelijk gras, hoge opname Gras met hoge energiedichtheid LG Havera Animal Nutrition is voedergras met de hoog­ ste energiedichtheid per kg droge stof. Dat zorgt voor een voortreffelijke voer­ efficiëntie.

LG Havera gras is smakelijk en wordt beter opgenomen. Dat komt door het hogere suikergehalte en het grotere aandeel groene bladmassa. Uit onderzoek blijkt dat tetraploïd Engels raaigras - het hoofdbestanddeel van LG Havera - een 6 tot 10 procent betere benutting heeft dan sec diploïd gras.

Hoge hectareopbrengsten Een Havera-weide levert per snede al gauw zo’n 500 tot 1.000 kg droge stof méér op per hectare.

ruwvoederwaarde 2016

31


Veehouder Koen Bolscher

‘ Ik wil gras en maïs die het meest bijdragen aan de melkgift per hectare’ Volgens Koen Bolscher wordt het steeds belangrijker om zoveel mogelijk melk te produceren op basis van ruwvoer en de mineralen zo goed mogelijk te benutten.

Koen Bolscher (31) heeft samen met zijn ouders een intensief melkveebedrijf in het Twentse Bornerbroek, met ruim 200 melkkoeien en jongvee op 45 hectare, grotendeels grasland. Hij verdient het meest aan melk die hij produceert met voer van eigen land. Die is altijd goedkoper dan krachtvoer of extra ruwvoer aankopen. “Dat begint al met het weiden van de koeien”, vertelt de jonge veehouder. Mineralen Zijn aanpak leidt tot lage voerkosten per kilogram melk en daarmee ook tot een efficiënte benutting van mineralen. 32

“Dat blijkt wel als ik de KringloopWijzer invul. Door de betere verteerbaarheid komen er meer mineralen in de melk en minder in de mest of rechtstreeks in het milieu. Daar word ik nu nog niet voor beloond. Maar zodra we als melkveehouders individueel worden afgerekend, heb ik mijn zaakjes op orde.” 16 kg droge stof Om zijn koeien dagelijks 16 kilogram droge stof uit ruwvoer te laten opnemen, kijkt Bolscher eerst hoeveel gras zijn dieren met weiden binnen krijgen en hoeveel graskuil hij beschikbaar heeft. Dat vult hij aan met


Koen Bolscher: lage voerkosten en efficiënte benutting mineralen.

snijmaïs. Gemiddeld bestaat zijn ruwvoer voor 55 procent uit snijmaïs en 45 procent uit gras/kuil. ”Ik wil gras en maïs die de hoogste bijdrage leveren aan de melkgift per hectare.” Veel eiwit in de graskuil Voor zijn graskuil streeft hij naar een zo hoog mogelijk eiwitgehalte. Hij kuilt gras het liefst jong in. Om de koeien gezond te houden, voert hij aanvullend graszaad­ hooi voor structuur. Samen met het hoge percentage snijmaïs zorgt dit voor een veilige vertering en dus een laag risico op pensverzuring.

‘Door de betere verteerbaarheid komen er meer mineralen in de melk en minder in de mest of rechtstreeks in het milieu’

ruwvoederwaarde 2016

Celwandverteerbaarheid Maïs moet veel energie leveren. Bolscher teelt het ge­ was op gescheurd grasland dat straks vernieuwd wordt. Daarnaast moeten ze een groot deel van hun maisbe­ hoefte aankopen. Koen is daarbij kritisch op het ras. “Omdat wij zoveel maïs in het rantsoen hebben, is de zetmeelopbrengst niet doorslaggevend. Het gaat vooral om de energie.” Daarom kiest hij voor maïsrassen met de hoogste celwandverteerbaarheid. Afgelopen jaar kuilde hij de LG-rassen 30.218, 30.223 en 30.248 in. “De filosofie van LG, dat de hele maïsplant belangrijk is voor wat de koe er mee kan, spreekt mij zeker aan.” 33


aanbod graslandmengsels 2016 weiden en maaien

maaien en Weiden

45-55 kg/ha

45-55 kg/ha

Engels raaigras tetraplo誰d Engels raaigras diplo誰d

45-55 kg/ha

HAVERA 1

HAVERA 4

HAVERA 6

Gebruiksdoel hoogste energiedichtheid per kg ds ook verkrijgbaar als EKO-mengsel

Gebruiksdoel vroege opbrengst en hoge energiedichtheid/kg ds ook verkrijgbaar als EKO-mengsel

Gebruiksdoel zomerstalvoedering/ summer feeding 5 tot 6 jaar, hoge opbrengst vroeg doorschietend/smakelijk

met toprassen Abosan 1, Diwan en Alcander (zie pag. 36)

met toprassen Abosan 1, Diwan en Alcander (zie pag. 36)

met toprassen Diwan (zie pag. 36) en Niagara

HOOGPRODUCTIEF smakelijk gras met hoge benutting door de koe legenda

maaien

HOOGPRODUCTIEF vroeg en smakelijk gras met hoge pensbenutting

MAAILAND maximaal rendement van maaipercelen

Timothee Italiaans raaigras tetraplo誰d Italiaans raaigras diplo誰d Veldbeemdgras Witte cultuurklaver

SAMENSTELLING

SAMENSTELLING

SAMENSTELLING

25%

30%

20%

Festulolium Rietzwenk (zachtbladig) Gekruist raaigras

34

70%

15%

60%

80%


speciaalmengsels tijdelijk grasland 45-55 kg/ha

doorzaaien

Gras-klaver

20-35 kg/ha

structuur

45-55 kg/ha

50-60 kg/ha

HAVERA 2

HAVERA 3

HAVERA 5

HAVERA 7

Gebruiksdoel ideaal tussengewas voor vruchtwisseling, groen­bemesting en/of ruwvoerwinning

Gebruiksdoel reguliere grasland­ verbetering snelle kieming/vestiging ook voor nieuw grasland

Gebruiksdoel duurzame exploïtatie minder kroonroest door N-nalevering

Gebruiksdoel 100% maaien 3 tot 5 jaar, zeer hoge opbrengsten veel pensprik

met toprassen Montblanc, Sikem en Niagara

met toprassen Diwan en Alcander

met toprassen Diwan en Alcander

met toprassen Indiana, Hidalgo en Perun

ROTATIE 1-2 jaar gras met zéér hoge opbrengsten

(zie pag. 36)

SAMENSTELLING 20%

DOORZAAI graslandherstel met zeer hoge concurrentiekracht

efficiënt voor extra drogestof, eiwit en stikstof

(zie pag. 36)

SAMENSTELLING

SAMENSTELLING

40%

10%

structuur ideale structuur­ aanvulling in rantsoen

SAMENSTELLING 55%

20%

35%

10%

40%

ruwvoederwaarde 2016

100%

20% 25%

25 %

35


DS-opbrengst gem. beweidingsproeven (rel.)

DS-opbrengst gem. maaiproeven (rel.)

DS-opbrengst gew. gem. beweidings- en maaiproeven (rel.)

29-5

8,1

7

8,1

98

102

101

102

diwan

27-5

7,9

7,6

8,5

106

101

101

101

Wintervastheid

Resistentie tegen kroonroest

abosan 1

Tetraploïd

Standvastigheid

Diploïd

Bron: CSAR/Rassenlijst 2016. Kijk voor het volledige overzicht op limagrain.nl/grasrassenlijst

Gemiddelde doorschietdatum

DS-opbrengst 1ste snede (rel.)

Rassenlijst engels raaigras

toprassen MIDDENTIJDS DOORSCHIETEND

4,6

100= ton ds/ha

14,3

topras LAAT DOORSCHIETEND Tetraploïd

Alcander

2-6

8,1

100= ton ds/ha

weidevogelbeheer

GRUTTO kruidenrijk grasland

natuurgrasland goed voor weidevogels aangepast maaibeheer

SAMENSTELLING 62% weidegras 38% graslandkruiden

7,5

8,7

103 4,0

97

101

98

13,7

paarden & schapen

TOPCHEVAL

graasweide voor paarden, schapen en geiten afgestemd op graasgedrag SAMENSTELLING 50% Engels raaigras diploïd 15% Engels raaigras tetraploïd 15% Beemdlangbloem 15% Timothee 5% Veldbeemdgras Bij voorkeur combineren met KRUIDEN­MIX TOPCHEVAL.

36

Organische stof bron van bodemleven Een maïsgewas verbruikt gemiddeld 2.500 tot 3.000 kg organische stof per jaar. Met 40 kuub drijfmest voert u circa 1.800 kilo aan. Per saldo daalt de hoeveelheid organische stof. Dat heeft gevolgen voor de vruchtbaarheid, de structuur, het bodemleven en de beschikbaarheid van water en nutriën­ ten. Een geslaagd vanggewas kan 2.000 kg organische stof toedienen. Daarmee blijft de hoeveelheid in balans.


Vang- en rotatiegewassen

voor behoud bodemWin een luxe vruchtbaarheid weekend in Zeeland Voor de bodemvruchtbaarheid is het telen van een goed vanggewas een must. Een geslaagde groen足bemester legt stikstof vast die anders zou uit足spoelen en zorgt voor extra organische stof in de bodem. Het is een investering in de opbrengst en kwaliteit van de teelt die volgt.

Toegestane vanggewassen en groenbemesters na ma誰s

De voordelen van een goed vang-/rotatiegewas Zorgt voor stikstofbinding in de bodem Zorgt voor verbetering van het organische stofgehalte in de bodem Voorkomt erosie, verstuiving en uitspoeling Beworteling verbetert de bodemstructuur Stimuleert het bodemleven Kortdurend hoogproductief gras geeft extra maaisnede voor de ma誰sinzaai (Havera 2) ruwvoederwaarde 2016

(kg/ha)

Nitrafix

8-12

15 okt.

Italiaans raaigras

Montblanc, Mondora

25-40

1 nov.

Engels raaigras

Mathilde

25-40

15 okt.

Engels / Italiaans raaigras

HAVERA 2 rotatie

45-55

1 nov.

gerst, tarwe, rogge, triticale

80-100

15 nov.

SILKE

60-80

1 okt.

Mengsel/ Ras

bladkool / bladraap

wintergraan

Japanse haver

Organische stof

Nfixatie

Bodemstructuur

Winterhardheid

Zaaiadvies

Inzaai voor

Gewas

37


Zelf krachtvoer telen met derde gewas Het Europese landbouwbeleid schrijft in bepaalde situaties de teelt van een derde gewas voor, naast gras en maïs. Dit kunt u invullen met o.a. vlinderbloemigen of voederbieten. Met de nieuwste rassen is het mogelijk gezond, hoogwaardig kracht- en ruwvoer te telen dat past in een duurzame melkveehouderij.

38

een roulatieteelt en uitwisseling van grond met akkerbouwers. Er zijn ook winter­ veldbonen die vanaf half oktober tot half november al kunnen worden gezaaid.

De hoogste eiwitopbrengst met veldbonen Veldbonen kunnen zeer interessant zijn als eigen krachtvoerteelt. Met opbrengsten van 6 tot 8 ton per hectare en een eiwitge­ halte van 25 tot 30% is de eiwitopbrengst zeer hoog.

Mengteelt met erwten De teelt van erwten, eventueel in meng­ teelt met zomergerst of gras, levert een zeer hoogwaardig veevoeder op. Dit kan een goede vervanger zijn voor geïmpor­ teerde soja. Limagrain ontwikkelt rassen die onder de Nederlandse groeiomstandig­ heden hoge opbrengsten en eiwitgehaltes realiseren.

De gevoeligheid voor schimmelziekten is in moderne rassen duidelijk verlaagd, ze rijpen vroeg af en leveren stikstof na. Daar­ door is dit gewas een mooie voorvrucht in

Eiwit met prik in luzerne Luzerne is één van de beste bronnen voor hoogwaardige eiwitten, vitaminen en mineralen. Het is een smakelijk gewas met


rassen

structuur. De stengels zijn goed verteer­ baar, maar geven wel voldoende ‘prik’. Luzerne wortelt diep en is een goede voorvrucht die door zijn N-nalevering extra gebruiksruimte in andere teelten geeft. Op klei is de opbrengst van het meerjarige gewas 12 tot 15 ton ds/ha. Op zandgron­ den liggen de opbrengsten lager.

ialto Rhizoctoniatolerant R Monbrun nieuw Rhizoctoniatolerant Ribondo Rhizomanietolerant Tarine nieuw Rhizomanietolerant, hoog ds-gehalte, extreem lage tarra

Voederbieten: smakelijke VEM-bommen Voederbieten zijn bekend als zeer smakelijk. En met gemiddeld 1.000 VEM per kg droge stof zijn het echte energiebommen. Zeker gezien de hoge productie (meer dan 100 ton per hectare) ziet een groeiend aantal veehouders in bieten een interessant en goedkoop voedergewas.

rassen Luzerne Marshal Gele erwt Audit, Rebel, Tiberius Groene erwt Shamrock, Cooper Zomerveldboon Imposa, Nile, Pyramid Winterveldboon Tundra ruwvoederwaarde 2016

De voederbiet heeft een gunstig effect op de melkproductie en -kwaliteit. De veredeling van de voederbiet heeft bovendien niet stilgestaan. Limagrain biedt vier hoogwaardige rassen voor de Nederlandse markt aan met Rhizomanie- en Rhizoctoniatoleranties, een lage tarra en perfecte bewaring. Voederbieten kunnen tegelijk met maïs worden ingekuild. Nieuwe rassen zijn glad en rond, dus tarra is nauwelijks een issue. U kunt de hele bieten ook apart opslaan. 39


Elke keer beter, altijd het beste


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.