Download PDF versie - Agro & Chemie
Download PDF versie - Agro & Chemie
Download PDF versie - Agro & Chemie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
COluMN<br />
graag een Biobased<br />
Economy alstublieft.<br />
anders nog iets? jazeker!<br />
Hoe verkoop je een biobased economy? Laat je inspireren door het<br />
boek Ons feilbare denken van Nobelprijswinnaar voor de economie,<br />
de psycholoog Daniel Kahneman. Wat mij betreft, is zijn boek een<br />
standaardwerk voor marketeers, beleidsmakers en leidinggevenden.<br />
Maak je gebruik van zijn inzichten, begin dan je verhaal<br />
met dramatische gebeurtenissen of beroemdheden. Dat trekt de<br />
aandacht veel meer dan fundamentele, weinig opwindende zaken.<br />
Toen André Kuipers vanuit de ruimte naar de aarde keek,<br />
leefde hij in het ruimtestation waar water, zuurstof<br />
en andere grondstoffen veelvuldig worden<br />
hergebruikt. Onze planeet levert productie<br />
en consumptie nog veel geavanceerder in<br />
netwerken en gesloten kringlopen, de<br />
ecologie. Zij doet dat al miljarden jaren<br />
en wij zijn dat in de huidige fossiele<br />
economie een beetje kwijtgeraakt. We<br />
zullen gesloten en duurzame productie/<br />
consumptie kringlopen met de biobased<br />
economy wel weer moeten ontwikkelen.<br />
Dat vergt innovaties en ondernemersschap.<br />
Zoals Kahneman aangeeft, weegt verliezen en<br />
falen in het gevoel van mensen tweemaal zo zwaar<br />
als het behalen van successen. Voor een succesvolle<br />
nieuwe ontwikkeling is daarom een positief kader nodig, met een<br />
langetermijnperspectief waar iedereen beter van wordt. We maken<br />
door groene groei de economische koek groter en ontwikkelen<br />
biobased naast fossiel. We creëren groene welvaart, werkgelegenheid,<br />
concurrentiekracht en besparen grondstoffen en energie.<br />
Daarbij worden we minder afhankelijk van externe bronnen en<br />
kunnen ook op kleinere schaal, dicht bij de bron, rendabel produceren.<br />
Regionale netwerken zorgen voor groene welvaart, ook in<br />
de rurale gebieden.<br />
Kahneman laat zien dat het nemen van verstandige beslissingen<br />
vereist dat eerst uitgezoomd wordt naar een groter kader. Het<br />
vraagt om actieve mensen met visie, geduld en een brede blik,<br />
generalistische experts met een ‘portfoliocarrière’. Tevens<br />
adviseert hij om niet op één scenario te concentreren, want dan<br />
overschatten we het belang daarvan. Ook het doorontwikkelen van<br />
zaken als ICT, zonne-energie of energiebesparing zijn belangrijk.<br />
De huidige crises waar we nu inzitten, trekken ons uit onze achterhaalde<br />
comfort zones. We gaan op expeditie. Dat heeft de mensheid<br />
altijd gedaan, daar zijn we goed in. We trekken al lerende van de<br />
lineaire economie naar het nieuwe land van de circulaire economie.<br />
Uiteindelijk komt de biobased economy er, alleen anders dan we<br />
nu denken, daarvoor is de toekomst te onvoorspelbaar.<br />
Erik van Seventer | Programmaleider Biobased Economy bij<br />
Wageningen UR en Business Unit Manager Biobased Products bij<br />
Food & Biobased Research<br />
>><br />
DRIEDaagsE VaN EMMEN<br />
‘Groene chemie, beweging in de markt!’ Onder deze noemer zal in een<br />
driedaags evenement (van 28 tot en met 30 november) de biobased economy in<br />
noord-nederland voor het voetlicht worden gebracht. Welke projecten lopen<br />
er in het noord-nederlandse en welke producten zijn al op de markt?<br />
de dagen fungeren ook als verbinding tussen vraag en aanbod. elke dag heeft<br />
zijn eigen thema: op dag 1 staan Applied Sustainable Plastics centraal, dag 2<br />
staat in het teken van de transitie naar een groene economie (plus een<br />
marktdag Biopolymeren, vezels en textiel). de driedaagse wordt afgesloten op<br />
30 november met een ‘special’ over Zuidoost-drenthe.<br />
Op de driedaagse zullen sprekers van overheden, onderzoeksinstellingen en<br />
bedrijven acte de présence geven. Zeker het bedrijfsleven is zwaar vertegenwoordigd<br />
met sprekers van onder meer BASF, Cosun, natureWorks, Synbra,<br />
Philips en teijin Aramid.<br />
de eerste twee dagen vinden plaats op Stenden Hogeschool, de laatste dag<br />
wordt gehouden op het API Institute.<br />
Wat betreft de valorisatie van kennis heeft Drenthe de benodigde infrastructuur<br />
in huis. Zo hebben Stenden Hogeschool, API Institute en Emmtec<br />
Services (NUON) het zogenaamde Stenden Polymore Research & Education<br />
(Stenden PRE) opgezet. Samen beschikken ze over een compleet uitgerust<br />
onderzoeksinstituut. Binnen Stenden PRE zijn state-of-the-art laboratoria<br />
en faciliteiten beschikbaar waar met name mkb-bedrijven nieuwe, duurzame<br />
kunststoffen uit kunnen testen.<br />
Jan Jager, Director R&D API Institute en lector aan Stenden PRE: ‘De focus ligt<br />
op valorisatie. Zuid-Drenthe moet haar troefkaart uitspelen en die ligt duidelijk<br />
op de verwaarding tot marktrijpe producten.’<br />
Dat de regio versterkt inzet op valorisatie blijkt ook uit het feit dat het, samen<br />
met Windesheim in Zwolle, in de race is voor de COCI-status (Centre for Open<br />
Chemical Innovation). Dit is een fysieke locatie waar starters en kleinere<br />
bedrijven hun ideeën verder uit kunnen werken of producten kunnen vervolmaken.<br />
Daarbij kunnen ze onder andere gebruik maken van de faciliteiten<br />
op het COCI of van de expertise van gevestigde ondernemingen. Gezien de aanwezigheid<br />
van de chemische sector en eerder genoemde laboratoriumfaciliteiten<br />
(Stenden PRE, API Institute en Emmtech services) zal een COCI-status<br />
de aanwezige kennisinfrastructuur verder versterken. Een kennisbasis die<br />
nodig is voor een succesvolle transitie naar een biobased economy.<br />
― De Emmtec-locatie in vogelperspectief.<br />
Megacluster met<br />
hindernissen<br />
clustering lijkt het toverwoord van de biobased economy. Om een vuist te maken in het<br />
mondiale speelveld van de agro/chemie moet een bepaalde kritische massa worden<br />
gerealiseerd. Op het congres efIb 2012 in Düsseldorf bespraken vertegenwoordigers uit<br />
vlaanderen, Nederland en Noordrijn-westfalen de mogelijkheden en de obstakels voor<br />
een grensoverschrijdend megacluster.<br />
― Wim Soetaert: ‘opgesloten’ in eigen land.<br />
Ludo Diels van het Vlaamse Instituut van<br />
Technologie (VITO) trapte de bijeenkomst<br />
af met de introductie van de<br />
term megacluster, een bepaald geografisch<br />
gebied waarin sectoren op een organische<br />
manier met elkaar zijn verbonden. In geval<br />
van de biobased megacluster betekent dit onder<br />
meer dat landbouw, chemie en maakindustrie<br />
dicht bij elkaar zijn gesitueerd. Ook de aanwezigheid<br />
van grote zeehavens in Nederland en<br />
Vlaanderen en een uitgebreid trein- en wegennet<br />
horen tot de voorwaarden.<br />
Diels: ‘Er zijn in totaal twaalf voorwaarden voor<br />
een megacluster. De basisvoorwaarden zijn:<br />
aanwezigheid van instituties (overheden, wet-<br />
en regelgeving), infrastructuur, macro-economisch<br />
klimaat en een gezonde en goed<br />
opgeleide bevolking. Daarnaast zijn er zogenaamde<br />
efficiency enhancers, zoals onder meer<br />
hoger opgeleid personeel en de nabijheid van<br />
een grote markt. Tot slot moet in een megacluster<br />
ook ruimte zijn voor innovaties. Dan<br />
gaat het om het niveau van (wetenschappelijk)<br />
onderzoek, de mogelijkheid om te testen en ga<br />
zo maar door.’<br />
Opgesloten<br />
Volgens Diels scoort het megacluster in de<br />
driehoek Antwerpen, Rotterdam en het Rhein-<br />
Ruhr-gebied zeer goed op de bovengenoemde<br />
aspecten. Er zijn momenteel wereldwijd in<br />
totaal vijf megaclusters die in hun continent uit<br />
kunnen groeien tot epicentra van de biobased<br />
economy. In de VS is het Houston, in het Midden-<br />
Oosten Jubail en in Azië Jurong (Singapore) in<br />
Shanghai. Het vijfde cluster is dan de<br />
Nederlands-Vlaams-Duitse driehoek.<br />
Er moet nog wel het nodige gebeuren voordat<br />
het echt een megacluster wordt. Immers, de<br />
andere vier megaclusters in wording bevinden<br />
#2 — NOVEMBER 2012<br />
45<br />
zich in een land. Deze biobased centra hoeven<br />
geen rekening te houden met de specifieke vereisten<br />
die gelden voor elk land. Wat dit concreet<br />
betekent, liet Wim Soetaert, directeur van de<br />
Bio Base Europe pilotfabriek weten. ‘We zitten<br />
nog steeds ‘opgesloten’ in onze landen. Wil je<br />
een project uitvoeren met een buitenlands<br />
bedrijf of onderzoeksinstelling, dan zijn<br />
overheden niet genegen om met geld over de<br />
brug te komen. Dat houdt in dat niet per se de<br />
meest optimale samenwerkingsverbanden<br />
plaatsvinden, omdat dan de voorkeur wordt<br />
gegeven aan een puur nationaal in plaats van<br />
een internationaal project.’<br />
genoeg geschreven<br />
Volgens Soetaert zijn er wel Europese (FP) projecten,<br />
maar dat zijn veelal onderzoekstrajecten<br />
met ettelijke deelnemers. Bi- of trilaterale projecten<br />
worden niet gefund door de EU. Daar<br />
komt ook nog bij dat aanvragers zich door een<br />
Matterhorn aan papier moeten werken. Een uitzondering<br />
vormen de Interreg-projecten, alleen<br />
beschikbaar voor grensstreken, die toegankelijker<br />
zijn.<br />
Volgens Diels moet er wel afstemming komen op<br />
de wijze waarop in de drie landen onderzoeksprojecten<br />
(publiek/privaat) worden gefinancierd.<br />
Momenteel zijn er verschillen, waardoor deze<br />
trajecten niet van de grond komen.<br />
Een ander knelpunt ligt in de opschaling van<br />
pilotprojecten. Soetaert constateerde dat er in<br />
het gebied van het megacluster niet of nauwelijks<br />
wordt geïnvesteerd in upscaling. Hierdoor blijft<br />
het onderzoek hangen in de pilotfase en zal het<br />
dus ook niet leiden tot commerciële toepassingen.<br />
‘Ik heb tientallen visiedocumenten op<br />
mijn werkkamer liggen. Er is nu wel genoeg<br />
geschreven, tijd voor concrete acties!’