Amerikaanse Venusschelp in oosterschelde

Gestage opmars Amerikaanse venusschelp

Stichting ANEMOON
3-OKT-2009 - De Amerikaanse venusschelp hoort niet thuis op de Nederlandse kust. Toch wordt deze grote exotische schelp steeds vaker op ondiepe plaatsen in de Oosterschelde aangetroffen. Het worden er niet alleen steeds meer maar er worden ook uitzonderlijk grote en oude exemplaren gevonden.

Bericht uitgegeven door Stichting ANEMOON op zaterdag 3 oktober 2009

De Amerikaanse venusschelp hoort niet thuis op de Nederlandse kust. Toch wordt deze grote exotische schelp steeds vaker op ondiepe plaatsen in de Oosterschelde aangetroffen. Het worden er niet alleen steeds meer maar er worden ook uitzonderlijk grote en oude exemplaren gevonden.

De Amerikaanse venusschelp is een tweekleppig schelpdier dat van origine op de Noord-Amerikaanse oostkust tot in de Golf van Mexico voorkomt. In de 19de en 20ste eeuw is hij op diverse plaatsen langs de Engelse en Franse kust, inclusief de Middellandse zee geïntroduceerd om er oogstbare populaties mee te kweken. Tot op heden zijn al die experimenten grotendeels mislukt. De eerste meldingen van de schelpen op de Belgische en Nederlandse kust stammen uit 1933 en 1936. In de vijftiger jaren van de vorige eeuw heeft prof. Korringa als kweekexperiment Amerikaanse venusschelpen uitgezet in wat nu het Veerse meer heet en in de Oosterschelde. Dat heeft, net als op alle andere plaatsen, niet onmiddellijk tot een stabiele lokale populatie geleid. Wel werden in de afgelopen decennia, en met name de laatste jaren door sportduikers en strandjutters, sporadisch kleine aantallen schelpen in de Delta aangetroffen. Recente vondsten van tientallen levende venusschelpen en nog meer lege schelpen op diverse plaatsen in de oostelijke Oosterschelde tonen nu echter aan dat hier eindelijk een stabiele populatie venusschelpen aan het ontwikkelen is.


Levende Amerikaanse venusschelp in de Oosterschelde

De meeste schelpen zijn aangetroffen op een tweetal ondiepe locaties in de oostelijke Oosterschelde waar slikken bij laagwater droogvallen of waar het bij hoogwater niet dieper wordt dan 3 tot 5 meter. Deze ondiepe getijdenwateren zijn de typische leefomgeving waar de soort op de Amerikaanse kust zich ook het beste thuis voelt. Bij voorkeur verstopt hij zich hier in de zandbodem. Zo heeft hij weinig last van predatoren, hoewel die er niet veel zullen zijn. Volwassen dieren hebben een zeer dikke en stevige schelp die niet veel aanvallers open kunnen maken. Een van de grootste exemplaren die recent in de Oosterschelde is gevonden was een verse lege schelp van 10 centimeter hoog en 12 centimeter breed, met een record gewicht van maar liefst 300 gram. Mogelijk is dit exemplaar meer dan 40 jaar oud en is het een directe nazaat van Korringa's experimenten. Maar er worden ook veel kleine exemplaren gevonden die niet groter zijn dan enkele centimeters en dat zijn onomstotelijk nakomelingen van lokaal voortplantende venusschelpen. Het lijkt er dan ook op dat de Amerikaanse venusschelp zijn meest geschikte vestigingsplaats op onze kust heeft gevonden en aan een gestage ontwikkeling van een permanente en stabiele populatie is begonnen.


Amerikaanse venusschelp van 300 gram, gevonden in de Oosterschelde.

Het is opmerkelijk dat deze exoot zich zo traag lijkt te vestigen. Tientallen eerdere introducties van exoten zoals wieren, sponzen, zeeanemonen en vele andere soorten schelpdieren uit Azië, Amerika en Nieuw-Zeeland hebben geresulteerd in hele snelle en massale vestigingen van die nieuwkomers. De theorie hierachter is dat ze bij hun introductie aankomen in een omgeving met een klimaat en leefomgeving dat sterk overeenkomt met hun plaats van herkomst. Maar hier zijn nog geen specifieke predatoren of ziektekiemen aanwezig. En de lokaal aanwezige allochtone soorten lijken weinig concurrentiekracht te vertonen tegen de nieuwkomers. Typische voorbeelden zijn de nu overal op onze kust massaal voorkomende Japanse oesters, Amerikaanse zwaardschedes op Nieuw-Zeelandse zeepokken. Al deze soorten hebben zich in korte tijd na de introductie massaal op onze kust gevestigd. De Amerikaanse venusschelp vestigt zich dus opmerkelijk langzaam. Wat daar de oorzaak van is, blijft voorlopig nog een van de vele mysteries die de natuur voor ons verbergt.

Tekst Peter H. van Bragt
Foto's: Peter H. van Bragt en Bas van der Sanden
Stichting Anemoon www.anemoon.org

Dit natuurbericht is gebaseerd op een artikel van Riaan Rijken in Spirula nr. 369 (2009), correspondentieblad van de Nederlandse Malacologische Vereniging en waarnemingen van vrijwilligers van Stichting Anemoon.