Klepelklokje Meduse

Explosie rose sterslakken in Zeeuwse delta

Stichting ANEMOON
29-APR-2009 - Afgelopen winter meldde Stichting Anemoon diverse keren dat door de extreme winterperiode veel zeedieren in met name de Zeeuwse Delta extreem te lijden hebben gehad onder de langdurige lage watertemperatuur. Nu de lente zijn onomkeerbare komst heeft ingezet kunnen we de balans opmaken. Diverse soorten zijn inderdaad nagenoeg uit de Zeeuwse Delta verdwenen. Maar er is ook goed nieuws.

Bericht uitgegeven door ANEMOON op woensdag 29 april 2009

Afgelopen winter meldde Stichting Anemoon diverse keren dat door de extreme winterperiode veel zeedieren in met name de Zeeuwse Delta extreem te lijden hebben gehad onder de langdurige lage watertemperatuur. Nu de lente zijn onomkeerbare komst heeft ingezet kunnen we de balans opmaken. Diverse soorten zijn inderdaad nagenoeg uit de Zeeuwse Delta verdwenen. Maar er is ook goed nieuws.

Het zijn met name Oost-Atlantische mariene organismen, die door de klimaatveranderingen in het afgelopen decennium succesvol naar onze kust zijn opgerukt, die geleden hebben onder de strenge winter. De Gehoornde slijmvis, Zwartooglipvissen, Slanke rolsprietslakken, Groene wierslakken, Buikstreepnemertijnen, Gladde sponspootkrabben, Ruig krabbetjes en Fluwelen zwemkrabben zijn momenteel tenminste nagenoeg of zelfs volledig uit de Zeeuwse delta verdwenen. In de oostelijke en centrale Oosterschelde, en voor zover ze er voorkwamen in het Grevelingenmeer, worden ze nu niet meer gezien. Opvallend is dat een aantal van deze soorten in de westelijke Oosterschelde nog wel in kleine aantallen voorkomen. Daar is het zeewater tijdens de winter net iets warmer gebleven door de invloed van de iets warmere Noordzee. Naar verwachting zullen op termijn deze soorten via aanvoer uit de Noordzee gewoon weer, via de ingang in de westelijke Oosterschelde en spuisluis in de Brouwersdam, terugkeren in de Zeeuwse Delta. Het is een doodgewoon natuurlijk proces. De meest mobiele soorten zoals Zwartooglipvis doet dit mogelijk heel snel. Maar het is nog maar de vraag of we de Buikstreepnemertijnen en Slanke rolsprietslakken de komende jaren terug gaan zien. De voorspelde lokale teloorgang van Gewone hooiwagenkrabben en Brokkelsterren heeft niet plaatsgevonden. Hoewel er heel veel van hen de afgelopen winter niet overleefd hebben, komen ze nog overal in Zeeuwse Delta voor.

Voor de meeste autochtone zeedieren, maar ook sommige Oost-Atlantische soorten, zoals het Galathea kreeftje, heeft de strenge winter geen waarneembare invloed gehad. De snelle opwarming van het zeewater in maart en april heeft de jaarcyclus weer keurig synchroon gesteld met een gemiddeld jaar. De Sepia’s en pijlinktvissen hebben keurig op tijd, eind april, met het bereiken van een zeewatertemperatuur van 11-12 graden de Nederlandse kust bereikt voor hun voortplantingsactiviteiten.

Maar er is meer. Extreme winters en het verdwijnen van soorten bieden vaak gelegenheid aan andere soorten om na zo’n crisis juist een piekjaar mee te maken. Deze lente wordt gekenmerkt van een ongekende broedval van zeepokken en een explosie van Rose sterslakken in de Zeeuwse delta. Broedval is de overgang van schelpdierlarven vanuit de waterfase naar de bodem. De Rose sterslak voedt zich specifiek met zeepokken en mogelijk heeft de hoge concentratie van larven van zeepokken in het zeewater tijdens de late winter een biochemische stimulus veroorzaakt voor de explosieve ontwikkeling van de Rose sterslak.


Bovenstaande foto geeft een fraai beeld van de extreme broedval van zeepokken. Deze Blauwpoot zwemkrab is net als zovele andere krabben en alle andere vormen van hard en zacht substraat, volledig bedekt met jonge zeepokken.


In de afgelopen dertig jaar zijn er nog nooit zoveel Rose sterslakken in de gehele Oosterschelde gezien als in dit voorjaar.

Ook het Klepelklokje beleeft nu een absoluut topjaar. Het is een kleine meduse (kwalletje) van een hyroidensoort. Hij werd tot nu toe slechts schaars waargenomen maar dit voorjaar komen ze massaal, in ontelbare aantallen in het Grevelingenmeer en oostelijke Oosterschelde voor.


Meduse van het Klepelklokje

Zijn dit natuurlijke voorbeelden van….."de één zijn dood is de ander zijn brood"?

Tekst en foto’s: Peter H. van Bragt
Stichting Anemoon: www.anemoon.org