ijsvogel klein

Strenge winter doet ijsvogel de das om

Sovon Vogelonderzoek Nederland
18-MRT-2009 - Uit de watervogeltellingen van SOVON blijkt dat het aantal IJsvogels de afgelopen winter waarschijnlijk met de helft is teruggelopen. Volgens het KNMI was deze winter de koudste winter in twaalf jaar; in het zuidoosten van het land daalde het kwik plaatselijk zelfs tot ruim –20°C. Schaatsen konden uit het vet worden gehaald, maar voor veel vogelsoorten betekent ijs en sneeuw een kwestie van leven of dood, zeker als de vorstperiode lang aanhoudt.

Bericht uitgegeven door SOVON Vogelonderzoek op woensdag 18 maart 2009

Uit de watervogeltellingen van SOVON blijkt dat het aantal ijsvogels de afgelopen winter waarschijnlijk met de helft is teruggelopen. Volgens het KNMI was deze winter de koudste winter in twaalf jaar; in het zuidoosten van het land daalde het kwik plaatselijk zelfs tot ruim –20°C. Schaatsen konden uit het vet worden gehaald, maar voor veel vogelsoorten betekent ijs en sneeuw een kwestie van leven of dood, zeker als de vorstperiode lang aanhoudt.

De ijsvogel is als viseter sterk gebonden aan water, van smalle beekjes tot kleine wateren. Is hun voedsel onbereikbaar door ijs dan leggen ze massaal het loodje. Het duurt daarna weer een aantal jaar voor de populatie zich herstelt. De ijsvogelstand vertoont dan ook sterke schommelingen. In de voorgaande elf zachte winters hadden deze kleurrijke vogels de wind mee. Niet alleen nam hun aantal toe, ze breidden zich ook in steeds meer delen van Nederland uit en konden op veel plekken aangetroffen worden. Aan die opmars lijkt nu abrupt een einde gekomen.

Tijdens de watervogeltellingen van SOVON in de afgelopen maanden werden beduidend minder ijsvogels geteld dan in dezelfde maanden in voorgaande jaren, zo blijkt uit een eerste uitwerking van de resultaten van de midwintertelling van half januari. De sterkste klappen vielen vooral in Gelderland, Noord-Brabant en Limburg, precies daar waar ook de laagste temperaturen werden gemeten en de meeste sneeuw viel. Zo werden in december in Gelderland nog 39 ijsvogels bij de telling genoteerd, tegen drie in januari en slechts één in februari. Een dramatische afname dus. In het westen en noorden van het land sneuvelden waarschijnlijk minder ijsvogels omdat de ijsbedekking er veel minder was. In omringende landen zullen wel de nodige ijsvogels het leven hebben gelaten, want ook elders in Europa was de winter koud.

Met spanning wachten we op het komende broedseizoen, waarna duidelijker wordt hoe hard de klap voor de ijsvogelstand is geweest. De ijsvogelstand kan overigens best een stootje verdragen. Onder gunstige omstandigheden brengen ze veel jongen groot, en met de huidige tendens van steeds warmere winters lijkt de stand op lange termijn niet in gevaar.

Tekst: Harvey van Diek, SOVON Vogelonderzoek Nederland
Foto: Bernard Fransen