Moeders werken niet vaak in voltijd

In 2005 had minder dan een op de tien vrouwen met minderjarige kinderen een voltijdbaan. Dat aandeel is sinds 1996 nauwelijks toegenomen. Moeders zijn wel meer gaan werken, maar dan in deeltijd. Vooral een baan van drie dagen per week is populair.

Kwart moeders werkt drie dagen in de week

In 2005 waren er bijna 2 miljoen vrouwen met minderjarige kinderen. Van hen had minder dan een op de tien een voltijdbaan (35 uur of meer). De meeste werkende moeders hadden echter een deeltijdbaan. Drie dagen per week werken (20–27 uur) was het meest populair.
Twee op de vijf moeders hadden geen betaald werk of werkten minder dan 12 uur in de week en behoorden daardoor niet tot de werkzame beroepsbevolking

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen, 2005

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen, 2005

Deeltijdwerk van moeders sterk toegenomen

Sinds 1996 is het deel van de moeders dat een voltijdbaan heeft nauwelijks toegenomen. Wel behoren moeders steeds vaker tot de werkzame beroepsbevolking. Deze toename betreft deeltijdwerk. In 1996 had iets meer dan een derde een baan van 12–34 uur in de week en in 2005 was dat ruim de helft.

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen

Voltijd werkende moeders vaker alleenstaand

Twintig procent van de in voltijd werkende moeders was alleenstaand. Dat is aanzienlijk meer dan bij moeders met een deeltijdbaan. Van de moeders met werk voor 12–19 uur was slechts 6 procent alleenstaand.
Moeders met een voltijdbaan hadden relatief vaak een partner die in deeltijd werkt. Dit aandeel was 23 procent. Van de moeders met een baan van 12–19 uur had slechts 11 procent een partner met een deeltijdbaan.

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen naar arbeidsduur partner, 2005

Arbeidsduur vrouwen met minderjarige kinderen naar arbeidsduur partner, 2005

Johan van der Valk

Bron: Arbeidssituatie moeders, 1996-2005