Minder vaders dan moeders

Op 1 januari 2003 zijn er in Nederland 3,7 miljoen vaders tegen 4,5 miljoen moeders.

Weinig tienervaders

Jonge mannen zijn zelden vader. Op 1 januari 2003 zijn er zo’n 450 tienervaders. Ongeveer tien keer zoveel meisjes zijn tienermoeder. Ook voor mannen in de twintig is vaderschap vaak nog niet aan de orde.

Vaders en moeders naar leeftijd, 1 januari 2003

Gemiddeld worden mannen rond of na hun dertigste levensjaar voor het eerst vader. Vrouwen zijn met een gemiddelde leeftijd van 29 jaar iets jonger als ze hun eerste kind krijgen. Deze leeftijd is vergeleken met andere landen relatief hoog.

Vrouwen kiezen voor oudere echtgenoot

Laat moederschap en nog later vaderschap gaan veelal samen. De partnerkeuze speelt hierbij een rol. Vrouwen huwen vaak een oudere partner. Voor elke leeftijd afzonderlijk geldt dan ook dat het aantal mannen dat vader is, lager ligt dan het aantal vrouwen dat moeder is. Vooral onder twintigers, dertigers en veertigers is dit verschil zichtbaar.

Huwelijkssluitingen naar leeftijdsverschil, 2002

Oudere vaders

Mannen zijn fysiek in staat om op latere leeftijd vader te worden. Relatief veel mannen die veertig jaar of ouder zijn krijgen nog kinderen. Bij vrouwen is na hun veertigste de natuurlijke fase waarin ze moeder kunnen worden nagenoeg voorbij. Het verschil tussen het aantal vaders en moeders neemt daarom onder veertigers langzaam af.

Verweduwde moeders

Vanaf zestigjarige leeftijd neemt het verschil tussen het aantal vaders en moeders weer toe. De sterftekans van mannen is groter dan die van vrouwen, waardoor het aantal mannen sneller afneemt dan het aantal vrouwen. Navenant neemt ook het aantal vaders sneller af dan het aantal moeders.

Jan Latten en Helma Schapendonk