Wooldse veen in Winterswijk

Hogere temperaturen bedreigen wetlandsoorten

10-JUL-2015 - Als de huidige opwarming van de aarde door klimaatverandering doorzet dan zullen als gevolg daarvan veel karakteristieke plantensoorten van wetlands niet in hun huidige gebied kunnen voortleven. Vooral soorten in Noord-Europa gaan het zwaar krijgen. Ook in Nederland zal een kwart van de soorten in hun voortbestaan bedreigd worden, onder andere in hoogvenen en rietlanden.

Bericht uitgegeven door Alterra Wageningen UR [land] op [publicatiedatum]

Als de huidige opwarming van de aarde door klimaatverandering doorzet dan zullen als gevolg daarvan veel karakteristieke plantensoorten van wetlands niet in hun huidige gebied kunnen voortleven. Vooral soorten in Noord-Europa gaan het zwaar krijgen. Ook in Nederland zal een kwart van de soorten in hun voortbestaan bedreigd worden, onder andere in hoogvenen en rietlanden.

De grootste effecten zijn te vinden in het noorden van Europa, omdat daar de verwachte verandering in gemiddelde temperatuur (in de periode 2081-2100) het grootst zal zijn volgens het RCP4.5 scenario van de IPCC. Voor Nederland betekent dit een verhoging van de temperatuur met ongeveer 2 graden Celsius in 2100, voor Noord-Scandinavië betekent het een verhoging met bijna 7 graden. Daar zal naar verwachting een kwart tot zelfs meer dan de helft van de soorten temperaturen mee gaan maken die hoger zijn dan wat ze aankunnen. Voor Nederland valt het relatief nog mee, maar ook hier zal tot een kwart van de wetlandflora temperaturen gaan ervaren die buiten hun normale range liggen. Deze soorten worden dus bedreigd in hun voortbestaan in Nederland.

Wooldse veen in Winterswijk (foto: Wieger Wamelink)

Eén van de typische soorten van wetlands is Parnassia. Deze soort komt vooral voor bij een gemiddelde jaartemperatuur tussen -1,7 en 8,7 graden Celsius. Nederland heeft een gemiddelde jaartemperatuur van rond de 10 graden en ligt daarmee op de rand van waar Parnassia kan voorkomen. Parnassia is dus in Nederland al extra kwetsbaar. Als hier door klimaatverandering nog een aantal graden bij komt valt in 2100 Nederland voor een groot deel buiten de optimumtemperatuurrange en is de kans groot dat de soort op termijn verdwijnt. Dit hangt echter ook af van de plaatselijke omstandigheden, droge gebieden hebben een ander temperatuurverloop dan natte gebieden.

Parnassia (foto: Wieger Wamelink)

Omdat het te warm wordt voor een deel van de wetlandflora op de plek waar die nu groeit, zal er een soort volksverhuizing binnen Europa op gang moeten komen van die soorten. Of het ze lukt om andere wetlands te bereiken om voort te kunnen bestaan hangt af van hun dispersiecapaciteit: hoe snel zijn die soorten in staat te verhuizen. En ze moeten steeds geschikte plekken vinden om te kunnen leven, totdat in het noorden van Europa het land op is. Die verhuizing gaat door zolang de temperatuur nog blijft stijgen.

Percentage beschermde soorten in 2100 voor wetlands (kaart: Rini Schuiling)

Tekst Wieger Wamelink, Rini Schuiling en Gerard Hazeu, Alterra Wageningen UR
Foto’s: Wieger Wamelink
Kaart: Rini Schuiling