Das VOOR EENMALIG GEBRUIK

Schade dassen blijft achter bij populatiegroei

Zoogdiervereniging
21-FEB-2014 - Met het oog op de toename van de dassenpopulatie in Nederland en de mogelijk daaruit volgende toename in gewasschade heeft de Zoogdiervereniging in opdracht van het Faunafonds onderzoek uitgevoerd naar de verwachte ontwikkeling van de dassenpopulatie, de schadeontwikkeling en mogelijke preventieve maatregelen. De onderzoeksresultaten laten zien dat de dassenschade minder stijgt dan je op basis van de populatiegroei zou verwachten.

Bericht uitgegeven door de Zoogdiervereniging [land] op [publicatiedatum]

Met het oog op de toename van de dassenpopulatie in Nederland en de mogelijk daaruit volgende toename in gewasschade heeft de Zoogdiervereniging in opdracht van het Faunafonds onderzoek uitgevoerd naar de verwachte ontwikkeling van de dassenpopulatie, de schadeontwikkeling en mogelijke preventieve maatregelen. De onderzoeksresultaten laten zien dat de dassenschade minder stijgt dan je op basis van de populatiegroei zou verwachten.

De dassenpopulatie in Nederland bereikte in 1980 haar dieptepunt. Daarna is in grote delen van het land de populatie hersteld. Momenteel vertoont de dassenpopulatie een sterke groei met globaal elke vijf jaar een toename qua verspreiding van 25 procent. De toename in verspreiding houdt gelijke tred met de dichtheid.

Das (foto: Maaike Plomp)

Dassenschade treedt vooral op in maïs en grasland, daarnaast komt er schade voor in zomer- en wintergranen en andere akkerbouwgewassen. Incidenteel is sprake van graafschade aan onroerend goed en infrastructuur. Op basis van de dichtheid en het voorkomen van de dassen in Nederland in relatie tot het aantal schademeldingen is geconstateerd dat het aantal meldingen wel toeneemt, maar dat deze toename minder is dan op grond van de toename van de dassenpopulatie werd verwacht.

Door de toename van de populatie dassen in Nederland, zowel wat betreft verspreiding als in dichtheid, zal de door dassen veroorzaakte schade in de toekomst vermoedelijk blijven toenemen. Uitgaande van het gemiddeld aantal schademeldingen kan het aantal meldingen tot 2,5 maal zo hoog zijn in 2030 (ca. 1.850 meldingen) ten opzichte van het aantal meldingen in 2010 (763 meldingen). Of de gewasschade door dassen ook daadwerkelijk 2,5 keer zo groot wordt is mede afhankelijk van gewasprijsontwikkeling, teelttechnieken en tolerantie van grondgebruikers.

De uitdaging voor de toekomst is enerzijds te zorgen dat de das zijn oorspronkelijke leefgebied in Nederland weer kan innemen, anderzijds om het draagvlak onder de bevolking vast te houden door eventuele problemen beheersbaar te maken. Om de balans tussen das en mens te handhaven is uitgebreide communicatie en professioneel advies bij conflicten van belang. Voorlichting over de toepassing van preventieve maatregelen en een fonds voor tegemoetkoming bij optredende schade zijn essentieel. In het geval van onacceptabele schade of gevaar voor de veiligheid dient lokaal ingegrepen te kunnen worden.

De unit Faunafonds van BIJ12 is adviseur en uitvoerder van wettelijke taken op het gebied van faunaschade aan landbouwgewassen, onderzoek naar schadepreventie en oorzaken, voorlichting en preventie. Het Faunafonds is een kennis- en adviescentrum en werkt voor burgers, agrarische ondernemers, provincies en het ministerie van Economische Zaken.

De volledige rapportage over het dassenonderzoek is te raadplegen via de website van het Faunafonds: www.faunafonds.nl. Op deze site vindt u ook andere onderzoeken naar faunaschade, preventie van schade en het beheer van de Nederlandse fauna.

Tekst: Frans van Bommel, unit Faunafonds van BIJ12; Hans Hollander en Maurice La Haye, Zoogdiervereniging
Foto: Maaike Plomp, Zoogdiervereniging