De hoogtekaart kan ideeën losmaken voor de stedenbouw, energiewinning, recreatie of landbouw, en voor de omgang met natuur- en cultuur-historische waarden. In ‘Alles wordt anders’ bespreekt Wim Boetze mogelijkheden om ‘hoog en laag’ in het landschap te benutten.

Het kost wat speurwerk, maar wie goed kijkt op de kleine inzet-hoogtekaart ziet vage slingercontouren van riviermeanders. Het zijn de schimmen van de benedenloop van de Westerwoldse Aa, die zich vroeger in de kwelders van de Dollarddoorbraak meermalen heeft verlegd. Restanten van de latere bekading van de meanders vallen nog te herkennen in het reliëf van de hoogtekaart. De brede Aa-meanders ten oosten van de kaarsrechte omgelegde Westerwoldse Aa liggen ingesneden (blauwe kleur) in een uitgestrekte kwelderplaat (grijswit).
Vanaf 1500 werd de Dollardlob vanuit Bellingwolde en Blijham geleidelijk ingepolderd en verkaveld. Dit resulteerde in een fijn gearceerd patroon van landbouwkavels dat ter weerszijde van de sterk slingerende Westerwoldse Aa tot 1950 heeft bestaan. De landbouwgronden gaven rijke oogsten, wat zich vertaalde in de indrukwekkende rijkdom aan boerderij-architectuur in Blijham en Bellingwolde.

Ingrijpende ruilverkaveling

Na de oorlog wil de gezaghebbende boerenstand het mes in de landbouwgronden zetten. De percelen zijn te smal voor de moderne mechanisatie en de rivier ligt in de weg. De landbezitters vragen een ruilverkaveling aan, die de overheid in 1947 toekent. Het cultuurtechnische plan dat vervolgens tot stand komt, leidt tot één van de meest ingrijpende ruilverkavelingen in ons land: de Ruilverkaveling Blijham-Bellingwolde. Het eeuwenoude fijnmazige kavelpatroon wordt vlak geschoven, honderden kilometers sloot worden gedempt, de kades langs de Aa geslecht, de Aa gedempt. Voor de ontwatering van de gronden komt er tussen de dorpen een kanaal dat de naam Westerwoldse Aa krijgt.
In 1970 leveren de aannemers alles spic en span op: een uitgestrekt modern landbouwgebied, met grote blokkavels en lange rechte lijnen aan wegen en waterlopen. De vesting Oudeschans ligt er verloren middenin, ontdaan van de rivier die eeuwenlang haar grachten vulde.

Oude Aa uitgraven

Bovenstrooms geniet de Westerwoldse Aa de afgelopen vijftien jaar alle aandacht van waterschappers en natuurbeheerders. De landbouw is er op de esgronden eerder Drents en aanmerkelijk minder heersend dan in de Dollardpolders. Hier gaan natuur, landbouw en waterbeheer evenwichtig samen en laat de Aa zich tussen De Gaast en Sellingen vertroetelen: oude meanders worden hergraven, nieuwe kanalisaties gedempt. Alles staat in het teken van beek- en natuurherstel, vanaf de bron in het Bargerveen in Zuid-Drenthe tot aan de lijn Blijham- Bellingwolde. Vanaf hier gaat de Aa verder door de Dollardpolders, als kanaal.
Het natuurherstel stopt stroomafwaarts op de lijn Blijham-Bellingwolde, de zuidrand van de Dollardpolders. Hier laat het plan voor natuurherstel zijn ‘kop’ hangen en lijkt de Aa via het Veendiep weer terug te willen naar het zuiden. Dit bracht enkele ambtenaren en bestuurders op het idee de oude Aa uit te graven en een natuur- en vaarbestemming te geven. Met behulp van de hoogtekaart en wat grondboringen zou de oude loop makkelijk zijn terug te vinden. Varen over de ‘nieuwe’ Aa moet een genot zijn: het wijde land om je heen met het monumentale Bellingwolde en Oudeschans aan de horizon. Het toerisme in beide dorpen krijgt een stimulans door die te verbinden met het regionale vaarnetwerk. In Oudeschans vaar je weer door de gracht, Bellingwolde is weer bereikbaar door herstel van één van de oude opvaarten tussen het dorp en de Aa.
De landbouw zal een veer moeten laten, maar misschien valt de versnijdingsschade mee omdat de hergraven Aa vrijwel samenvalt met de Nieuwlandseweg.

Trefwoorden